Leidekken op de Oude Ursulakerk Door Sam Schipper Hierdoor bleek dat het dakhout met de toenemende regenbuien van tegenwoordig, regelmatig plaatselijk nat werd. Dit is niet meteen zichtbaar binnen, maar kan funest zijn voor de kwetsbare kapconstructie van eeuwenoud eiken. Schimmels, houtworm en boktor varen er wel bij... Bij de aansluiting met de kopgevel zat een al een flinke rotte plek. Het werk is grotendeels door twee en af en toe drie man uitgevoerd; Rody Geugies, James Hart en Jesper Molenaar en voorbereid en begeleid door Chris Pronk. We hebben met veel plezier aan het dak gewerkt.! Het metsel- en voegwerk van de noordgevel Omdat de steiger bij de noordgevel stond, is ook het voegwerk van deze gevel vervangen. Het bestaande voegwerk zat er nog wel grotendeels in, maar was erg zacht en aan slijtage onderhevig. Al het bestaande voegwerk is uitgehakt. Hierna zijn diverse kapotte stenen uitgehakt, en vervangen door nieuwe passende stenen. Daarna is de noordgevel weer gevoegd met een passende kalkmortel. Ook is er herstelwerk gedaan aan een onderslagbalk onder de goot. Deze balk lag op sommige plekken maar een paar centimeter diep in de muur. Hierdoor kon, als de noordgevel nat wordt, vocht de balk intrekken, waardoor het hout aangetast wordt (zie foto volgende bladzijde). Het aangetaste hout is her steld en er is nu een waterdichte scheiding gemaakt tussen het metselwerk en de balk. Het timmerwerk is gedaan door Ton Wever en Sid Smit. Het metselherstel is gedaan door Nico Baas en Maikel Wagner. Het voegwerk is aangebracht door een onderaannemer. De begeleiding hiervan door Jan Blankendaal. Het is natuurlijk niet de eerste keer dat er aan het dak van de Oude Ursulakerk gewerkt is. In het oud archief van Warmenhuizen is daarover het een en ander terug te vinden. Op 3 juni 1590 wordt een contract getekend door Jan Rensz., jonge Louris Pietersz. en Cornelis Thoenisz. kerkmeesters tot Warmenhuizen en mede onderte kend door Rens Cornelisz. Brouwer secretaris van Warmenhuizen, en Vrederick Garbrantsz. leydecker tot Alckmaer. Het contract hield o.a. het volgende in "er wordt met volle stemme van onse geheele Vroedschap met Vrederick Garbrantsz. leydecker en poorter der steede Alckmaer verackcordeert omme by hem het leydeck vande kerck tot Warmenhuysen tot sijnen costen tsy leyen, nagels, stoploodt, soddering ende arbeytsloon te onderhouden ende te repareeren den tyde van thien jaeren an een gedeurende jaerlicxe tyt voor die somme van 27 Carolus gulden, mits jaerlicx ten minsten eens reparatie te doen". Ook "by een leck ofte suevel den noot was omme gemaeckt te wesen, ende datter een gat in werde gebroocken vanden windt ofte ander quaet ongeval, grooter synde in syn viercant dan 12 voeten (ongeveer 36 cm.), sulcx sal hy maecken tot coste vanden kerck, ende als hy comt te repareeren soo sal hy hebben uut Alckmaer vrye schuytvracht, ende met syn volck vrye cost ende dranck. Ende quam hy binnen 10 jaere te sterven dan mach syn weduwe het dack onderhouden ende repareeren tot dien tyt". Ieder kreeg een gedeelte "sonder fraude des syn hier offgemaect twee uuyt gesneeden zeedullen van accoorden, alleens leijdende van malcander geseyden deur die letterden A, B ende D, ende bey den kerck- meesters ende Vrederick Garbrantsz. geteyckent ende elcx perty een geleevert waer naer sij gehouden syn Zicht op Haringcarspel Oude situatie; te weinig overlap op de leien. mei 2016

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2016 | | pagina 14