a J^-44
^r;d<
iX
"A
frf^F
M
~P "V
Th
4^ O
óv- .'v'-c rj
A
M
Zicht op Haringcarspel
De tweede persoon die verhoord werd door de com
missarissen, was de 60-jarige schout Pieter Fredericxz.
Volgens hem moest een van de schepenen van War-
menhuizen ook iets te maken hebben gehad met het
vandalisme in de kerk:
'Verclarende nyet te min dat een(en) Dierick Jansz(oon)
Scepen(e) geweest hebben(de) van Warmenhuysen van het
voors(schreven) Schandaleus feyt grootel(yck) gesuspecteert Is
geweest Welcken daer hy deposant seeght noch te woonen(e)
binnen der voors(schreven) dorpe, ende was groot vriendt
van(den) voors(schreven) gesuspecteerde costere'11
Fredericxz wist eveneens te melden dat de baljuw
van Warmenhuizen, Joos vanden Venne, in gebreke
was gebleven. Meerder malen zou de baljuw getipt
zijn over de aanwezigheid van mennonieten in het
dorp maar had hij niets tegen deze lieden onderno
men. Heel opmerkelijk is dit niet: doorgaans leidden
de mennonieten uit die tijd een teruggetrokken be
staan, hielden hun opvattingen voor zich en woonden
dikwijls gewoon de katholieke mis bij.
'"(C
>"»W
4 h.
IA, h
y.V
rWV
- ft O"
•c f l Jttf
Ur
Wo»«i
"V»»f Sn, tntrl -
Llnj'\y - Pw 4 Stevf*»'-
fvVnV \-y° CmifP
iC
v\
;V p
4" A-7j aw 1*7
SUI-ptfA*,
]>h ""f qv^ -wsUs. i-a,
f- 1* iwvfAijw- biec^'f**,
WldF vfAyW- J
yMtW&y* ("•vw/t^s, j)ifh»b jv.n,ne*yg. ^.4Vjj
,74^^ hwv tAr W* IwtC >h«s»1A4C j
„jb W«7 (~%Vr 1
*.W! e.rt |3» frSj 5,-K»A"t' 'ftj.a4 Xf»«- A- X
- I
i t
S«« «»4' rHJbfp,*- -A,
CV*fcV '«««{(- jl('4
e,v <*(- SmtvMy tbv&c fa --b~^r^«-i
^mvV I rf* ƒ^V+l3.^lƒ(S•
a.-IT"
'),»w^- Vwv|. onJurr
Mini**, C$w /Ar^ ;j|
mtJmvb f&p* -A, a<l Jfi, )6*t lil
O'l" A««$ Ay
V ïm 4^'
ö<w/ VVaiV ?dhNl t-7;vjv m*j\
*Vinr
CV^r^,
Ondervraging van de schout van
Warmenhuizen, Pieter Fredericxz.
Warmenhuizen na de Beeldenstorm
In 1961 zijn alle vonnissen van de Raad van Beroer
ten bijeengebracht in één dik boekwerk. Hoewel be
hoedzaam moet worden omgaan met de data uit het
boek (er zijn nogal wat fouten in geslopen) is het han
dig als overzichtswerk.
Alle door de getuigen genoemde personen uit War-
menhuizen schitteren door afwezigheid: Cornelis de
Costere, Cornelis Ydenssone (de man die na zeven
weken alsnog zijn kind liet dopen) en schepen Die
rick Jacobsz die de koster de hand boven het hoofd
heeft gehouden: geen van allen is op de lijst van ver
oordeelden terechtgekomen.12 Wat de eerste twee be
treft kunnen we speculeren over de vraag waarom de
commissarissen hen ongemoeid lieten. Ydenssone be
toonde immers berouw door zijn kind alsnog door de
pastoor te laten dopen. Daarbij komen we nergens in
het verslag een aanwijzing tegen dat de man betrok
ken was bij de Beeldenstorm. De schuld van Cornelis
de Costere is op grond van de verhoren aanneme
lijk, maar hij was kennelijk in Enkhuizen overleden
en had geen bezittingen nagelaten. Op de lijst van
veroordeelde Enkhuizenaren komen we zijn naam
niet tegen. Of de commissarissen in Enkhuizen na
vraag naar Cornelis hebben gedaan valt niet meer te
achterhalen: de getuigenverklaringen die betrekking
hebben op Enkhuizen zijn zoekgeraakt of verloren
gegaan. Waarom Dierick Jacobsz. buiten schot bleef,
is niet duidelijk.
Door de woorden van de pastoor en de schout is ons
een glimp vergund op het zestiende-eeuwse interi
eur van de toen nog Rooms-Katholieke kerk van het
dorp. De getuigen spraken van beelden van de 'maget'
Maria en van Jezus. Ook moet er een drieluik met
Bijbels tafereel hebben gestaan van een Amsterdam
se kunstenaar. Ondanks een poging de beeldenbre
kers om te kopen, is het stuk ten prooi gevallen aan
hun vernielzucht. De prachtige gewelfschilderingen
uit de eerste helft van de zestiende eeuw bleven
gelukkig gespaard.13
Toen Lamoraal van Egmond - de heer van
Warmenhuizen - van de ongeregeldheden hoorde,
trof hij meteen maatregelen om de orde in het dorp te
herstellen. De pastoor en schepenen kregen instructies
om van ketterij verdachte personen niet aan te stellen
op hoge posten. De beschadigde beelden moesten zo
snel mogelijk worden hersteld en de katholieke mis
diende ongehinderd doorgang te vinden.
Zo de graaf het wilde, zo gebeurde het. Maar uitein
delijk heeft hij geen profijt getrokken van zijn trouw
aan het gezag in Brussel. Alva bracht Lamoraal van
Egmond en de Graaf van Horne op 5 juni 1568 op
het schavot.Voor de inwoners van Warmenhuizen was
het lot milder: hoewel er in het dorp overduidelijk or
deverstoringen waren voorgevallen en er zelfs namen
zijn genoemd, is het voor geen van allen gekomen tot
een vonnis van de 'Bloedraad'.
april
2015