Het Kalverdijk van mevrouw Glas-Boekei Door Willy Kok Een verslag van mevr. G. Glas - Boekei, door haar zelf gemaakt toen zij 85 jaar was. Het is al een tijd geleden, inmiddels is zij overleden maar het is de moeite waard om het te publiceren. Dat heb ik haar indertijd beloofd, al wist ik niet wanneer. Een terugblik over vroeger, werd mij gevraagd, dat is moeilijk hoor, maar vooruit, mijn geheugen wordt op scherp gezet en ik begin in Kalverdijk. Wist u dat er in dat kleine dorpje van toen, zo'n 100 jaar terug, 11 boeren, hoeveel bouwers en werkne mers weet ik niet, 25 middenstanders, een burgemeester en 3 cafés waren! En dat voor zo weinig mensen. Mevr. Spaansen - Dekker had een busonderneming, aan het einde van het dorp. Vier keer reden ze van Kalverdijk naar Alkmaar en terug. Een retour kostte 40 cent en voor die prijs stopte hij nog voor je deur ook! Later heeft ze haar bedrijf verkocht aan de NACO in Alkmaar. Piet, Naatje en Daatje Hessing verdienden hun brood op een heel andere manier, Piet was visser en de dames venten in de sinterklaastijd met taaitaai en speculaaspoppen. Ook brachten ze medicijnen rond voor dokter Groenhart, die in Dirkshorn woonde. Dan op de hoek, waar nu het Express-Zo is (red.), was een café en een winkeltje. De baas hiervan was Klaas Boon, die bezorgde altijd zijn koopwaar met de hon denkar. Later heeft Simon Stevers de boel overgeno men, die bracht zijn waren thuis in een grote mand voorop een transportfiets. Geen succes, hij werd niet voor niets "slingerbil" genoemd, hij was een gevaar op de weg. Gert Kuiper was kleermaker en eierenboer, ze kostte toen 3 cent per stuk. Hij was de vader van, wat wij zeiden "de sterrenkijker" Gerard Kuiper, een hele geleerde jongen, waarvan een standbeeld staat in de naar hem vernoemde Kuiperstraat. Jan van Straaten verkocht beeldjes en rozenkransen. Burgemeester Burger woonde ook in Kalverdijk, maar is later ver huisd naarTuitjenhorn. Ook had C. Broersen een café en een winkel, daarnaast had je bakker Denneman, ook met een snoep winkel en schuin tegenover had bak ker Wester zijn bedrijf en winkel. Er waren wel vijf, zes vissers in ons dorp. Piet Karsten ging naar de markt in Amsterdam en Riekus de Vries zijn timmerbedrijf Ook weer een win keltje, dat later ver brand is en het huis van Nic. Baas ging ook in de fik. Boze tongen zeiden "in de brand, uit de brand". Diewertje Blauw, jawel, had ook een winkeltje in garen en band. Die woonden in een dubbel woonhuis met de familie Stroet. Bij haar overlijden is haar deel eraf gehaald. Mevr. Van Straaten had een breimachine, zo kon de weduwe toch voor haar grote gezin de touwtjes aan elkaar breien. Simon Potveer had een schuitenmakerij en Herman Dickman, een Duitser, was kleermaker. Toon Kleibroek was vrachtrijder en Gert Glas vracht vaarder en brandstoffenboer. Klaas Kruijer handelde in kleinvee, kaas en eieren. Cor Hoogeboom was winke lier en Lies Tesselaar ventte met boter, melk en eieren. Lou Stoop was groenteboer en Cor Duyvis had weer een café en drankwinkeltje. Gert de Nijs had een sla gerij en Jaap Burger was kassier van de Boerenleenbank, die mocht op onze centen passen. Armoe troef Bij bijna iedereen was het armoe troef Als armoe zeer gedaan had, had je iedereen wel horen huilen. De jaren 30 waren voor veel mensen niet gemakkelijk, konden niet op hun centen laten passen. Ze verdien den toen 12 gulden in de week, zes dagen van 6 tot 6 uur, 1,25 gulden huur voor hun huis dat je nog nét huis kon noemen. Met de rest moest doktersfonds, voeding, kleding, klompen enz. Trots kon moeder later zeggen "ik heb God zij dank nooit geen schulden Zicht op Haringcarspel december 2013

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2013 | | pagina 14