naar deze akkertjes toe staken. De hoogte van deze brughoofden was ongeveer 40 cm. plus N.A.P. Wagenaar meende hieruit te moeten opmaken dat, toen deze brug hoofden nog in gebruik waren, de toenma lige Noorder-Rekerdijk (nu Westfriesedijk) ook op die hoogte lag. De dijk ging dus richting de Selschardijk. Zie schema onder en topografische kaart uit 1908 hiernaast. In het talud aan de westzijde van deze ho ge akkertjes kwamen palen en planken van bij huizen horende spoelstoepen voor de dag. Plus de gebruikelijke aardewerk scher ven die met het huisvuil in de slootkant van het woonerf werden gegooid. Alle gevonden scherven, zelfs nog een vrijwel complete vuurtest, bestonden uit 15e eeuws (1400) loodgeglazuurd aardewerk. Akkertjes Daar alle akkertjes hetzelfde beeld gaven, meende Wagenaar hieruit te moeten opma ken, dat deze akkertjes ooit bewoond wa ren. Een mogelijkheid is ook dat de West friesedijk die daarvoor loopt in deze tijd ook nog met enkele kleine huisjes bebouwd is geweest. Als men vanaf deze plaats, die eens een buurtschap moet zijn geweest, langs de toenmalige dijksloot noordwaarts ging, dan komt men bij de Wongesloot. Op de hoek van de dijksloot en de Wonge sloot lag een hoog perceel land genaamd 'de Geldehorn'. Ook dit hoge land vertoon de duidelijk sporen van vroegere bewoning, gezien de vele bakstenen en het puin dat er in voorkwam. Het merkwaardigste was wel dat een vroegere eigenaar hiervan, en rond 1970 ook Querinus Jonker, als kind van zijn ouders en grootouders had gehoord dat dit land vroeger een kleine buurtschap was. De naam 'de Geldehorn' betekent 'lege hoek' of 'onvruchtbare hoek'. Een lege hoek zou er op kunnen wijzen dat dit land eens be woond was, wat bewaarheid wordt door de vondsten die gevonden zijn. Dus is er wel degelijk sprake van een buurtschapje in deze 'hoek van dijk'. Inpoldering Mogelijk andere sporen op deze plaats tref fen we aan langs het voormalige Rekerwad. Het dijkje was nog een restant, en is duide lijk een inpoldering geweest in de toenmali ge Rekerwaard. Dit deel werd altijd nog het 'Waartje' genoemd. Een merkwaardig apart 'Waartje' in de grote 'Waart'. Ook hier is het de overlevering geweest die een naam van een stukje grond door de eeuwen heen wist te bewaren met zijn vroeger bewoning. Bronnen: Manuscript Cees Wagenaar uit Krabben dam. Westfriesland Oud en Nieuw. Boek Warmenhuizen C.O.O.G. - Coördinatie Onderzoek Oud Geestmerambacht. Klaas Westra uit Warmenhuizen. -16-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2012 | | pagina 18