SEKS IN WARMENHUIZEN Toen mij een tijdje geleden door één van de redactieleden van 'Zicht op Harencarspel' werd gevraagd een stukje te schrijven over het eerste en mislukte bombardement op Amsterdam- Noord, waardoor ik als jochie van 'n jaar of negen terechtkwam in Warmenhuizen in het gezin van bakker Mooy, op de vlucht voor het volgende - door de Tommy's aangekondigde bombardement - dook ik niet alleen in mijn herinneringen, maar ook in mijn papieren, waartussen enkele vellen vol aantekeningen moesten zitten over mijn verblijf in Warmenhuizen. Niet alleen tijdens de oorlog, maar ook over de jaren dat ik daar hoofd van de R.K.Jongensschool ben geweest. Toen ik de A4-tjes had gevonden, kwam ik verscheidene zaken tegen, die voor mij als persoonlijke herinnering wel interessant waren, maar die ik niet geschikt vond voor publicatie in het een of andere blad. Waarom niet? Omdat het merendeel ging over zaken en gebeurtenissen, die niet uniek waren. Maar bij één vermelde ouderavond drong plotseling tot mij door, dat die wel uniek moet zijn geweest, omdat ik daarvoor en daarna nooit heb gehoord, dat een voorlichtingsavond in deze vorm ergens anders heeft plaatsgevonden en waarschijnlijk ook nooit meer zal plaatsvinden, omdat dit soort bijeenkomsten niet meer nodig is. Daarom hieronder een impressie van deze bijzondere 'ouders- en kinderenavond'. Toen ik acht jaar lang als onderwijzer in bijna alle klassen van de lagere school ervaring had opgedaan en inmiddels verloofd was, begon ik na te denken over de vraag, of ik wellicht in staat zou zijn een school te leiden 'ergens' in Nederland. Met dat 'ergens' bedoelden mijn verloofde en ik een dorp, niet te ver van een wat grotere plaats met een niet al te grote school, waarbij ook een woning werd aangeboden, want we wilden graag trouwen. Dat denkproces werd abrupt afgebroken, toen in ons vakblad het Kerk-Schoolbestuur van Warmenhuizen per advertentie een 'hoofd der school' vroeg voor zijn Jongensschool. Als ik ergens zou willen wonen en werken was het wel in Warmen huizen. Daar was ik in de oorlog met grote vanzelfsprekendheid opgevangen. Daar had ik het een tijd lang enorm naar mijn zin gehad en ik zag niet in, waarom dat daar niet nog eens zou kunnen gebeuren. En - wie weet - kon ik voor die gemeenschap daar iets terugdoen. Ik solliciteerde, wachtte af - veel te lang naar mijn zin - maar kreeg de baan. Nu had ik de laatste drie jaren voordat ik naar Warmenhuizen vertrok, de leiding gehad over de 6A-klas, of de zogeheten 'opleidingsklas'. Welke kinderen werden in die klas opgeleid en waarvoor? Die 6A-kias werd bevolkt door jongens en meisjes, die geschikt werden geacht door te stromen naar de middelbare school. Voor de jongens was dit het Ignatiuscollege (Gymnasium en HBS Hogere Burger School) en voor de meisjes 'Fons Vitae' (Gym, HBS en MMS Middelbare Meisjes School). Dit waren toen de enige twee R.K. middelbare scholen in Amsterdam. Een dergelijke zesde klas was in dubbel opzicht 'gemengd'. Hiermee bedoel ik, dat deze klas niet alleen uit jongens en meisjes bestond, maar dat die meisjes ook weer in twee - min of meer - duidelijke groepen waren in te delen. De groep jongens was tamelijk homogeen, maar dit kon niet van de groep meisjes worden gezegd. Er zaten meisjes in mijn klas die nog echt kind waren, maar ook meiden die al zó waren uitgegroeid, datje geneigd was ze eerder 'jongedames' te noemen. En deze doorgescho ten 'jongedames' lieten niet na dit met de hulpmiddelen van hun volwassen seksegenoten nog eens extra te accentueren. Ik had vaak de indruk, dat sommige ouders het wel leuk vonden al een dergelijke volwassen uitziende dochter te hebben. Menig meisje was al iets langer dan haar moeder, wat vooral opviel als ze gearmd liepen. Eén van deze meisjes was één keer blijven zitten. Zij was als zesdeklasser toen net zo groot als ik, oftewel één meter tachtig! Dat meisjes experimenteren met de opmaakspulletjes van hun moeders en grote zussen is normaal. Maar sommige meisjes in mijn zesde klas liepen al op schoenen met hoge hakken. Die konden ze niet van hun zakgeld kopen; die kregen ze van thuis. -29-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2009 | | pagina 31