voorkomt, bezat de helft van een sluis bij de Nuwendoorn. Dus in die tijd lag de sluis daar nog steeds. In 1326 is er wel een opening in de Westfriesedijk ten zuiden van het dorp St.Maarten, en ten noorden van het buurtje Dijkstal. De rivier Rochsvliet waterde daar uit naar het toenmalige St.Maartenszwin in het waterrijke Zijpe. In 1393 wordt er geschreven "item die sluze ende visscherie te Hemelrixhorne (St.Maarten) ende te Roxvliete". Dus toen lag er wel een sluis in de Westfriesedijk bij het buurtje Dijkstal. Dore. De naam van het verhoogde land waar het kasteel op stond vertelt ons, dat na het "land van Dore" tussen Eenigenburg en St.Maarten hier het tweede "nieuwe Dore" lag (Nyewendoren). Mogelijk betekent hier Dore "verhoging in een waterrijk gebied". Later hoorde het eerste "Dore" opnieuw door inpoldering na 1200, bij het 't Nuwe land van Sinte Martijns of ook wel genoemd het Nieuwe land van Gawijzend, waar ook het dorpje Valkkoog bij hoorde. Het zou toch niet zo wezen dat er op dit "nieuwe Dore" een castrum of bolwerk stond uit de Frankische of eerder uit de Friese tijd? Een castrum/bolwerk werd gebouwd op een verhoging in het landschap en werd met houten palissades omgeven, met in het midden een toren. Iets wat ook in Alkmaar bestaan zou hebben rond 1200, voordat de Torenburg gebouwd werd door de Hollandse graaf Willem II in 1250. De eerste vermelding over een burcht in Alkmaar is uit 1204. Een castrum/bolwerk was een constructie van aarde en hout, een dergelijke fundatie is dan ook moeilijk meer terug te vinden. Tenslotte waren er ook castrums/bolwerken in Velsen, Alkmaar, Catrijp en Callantsoog, echter daar is nu niets meer van terug te vinden. Bronnen. Melis Stoke zijn Rijmkroniek van Holland - J.Burgers. Blaffaert van de St. Maartenskerk te Utrecht uit 866. Oorkondenboek van Holland en Zeeland - L.van de Berg. Groot Charterboek van de graven van Holland, Zeeland en Vriesland - F.van Mieris. Rekeningen der Grafelijkheid van Holland onder het Henegouwse Huis - H.Hamaker. Rijksarchief te Haarlem. Bisschoppelijk archief Haarlem. Archief van de Abdij van Egmond. Van Rentersluze tot strijkmolen - J. Beenakker. Boekje Eenigenburg - W.K.van Schoneveld. Manuscript van Cees Wagenaar uit Krabbendam. Christiaan Sgroten kaartmaker 1552. Baptista Sculp kaartmaker 1600. Met dank aan J.Hooftman uit Wijdenes voor de hulp bij het artikel. Zie ook Nuwendoorn in "Zicht op Haringcarspel" no. 5, 6, 13, 22 en 32. (in "Zicht" no. 32 stond een fout in de tekst. Wouter "de Vries" in 1272 graaf van Henegouwen, Holland en Zeeland is niet juist, het moet zijn Wouter Friso onechte zoon van de tak van de familie Egmond wonende in Rinnegom boven Egmond Binnen en baljuw van Kennemerland). Sam Schipper en Rick de Ruiter. RUMOER ROND DE NUWENDOORN. De ontdekking. Een vroeger bekent historicus schrijft "voort digt bij den oostelijken randt van de Zijp, die nog onbedijkt de westzijde van Westfrieslandt bespoelde, een half uur noordwestelijk van het dorp Warmenhuijsen op eene stede doe Nieuwendoorn geheeten, leggen hooge akkers daar werdt die burcht neergezet regt in den weg zoo den Westfriesen de lust mogt bevangen om, als in ouder tijden, langs de naast geleegen landstreek over het wedt de Reeker op den Schoorler duinkant aan te trekken". -14-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2008 | | pagina 16