te houden totdat Cor ervoor klaar zou zijn om
met pensioen te gaan. Maar Cor had geen
oren naar pensioen. Zelfs na een lichte
hersenbloeding bleef hij een kruidenier in hart
en nieren totdat hij na een kortstondig
ziekbed met kanker in zijn huisje overleed. Hij
was toen ongeveer 75 jaar. Kort nadat ze
hem van zijn eilandje in het midden van het
dorp hadden weggedragen is zijn huisje met
winkel omvergeduwd om plaats te maken
voor een parkeerterreintje. Dat was het einde
van Cor. Dat was ook het einde van de
boodschappen-bestelboekjes in de
keukenlaatjes. Dat was het einde van de
Nederlandse kruidenier.
In nog minder dan een mensenleven is er
veel veranderd voor de dorpelingen. Het dorp
van toen heeft zich gaandeweg aangepast
aan een andere tijd.
Een tijd waarin Jan, Jaap, en Anne verplicht
zijn een identificatiebewijs op zak te hebben
en een tijd van pinpasjes waarmee je geld uit
de muur kunt halen. Het handwerkje is
vervangen door een laptop. De telefooncel is
vervangen door het mobieltje. Prijsstikkers
zijn vervangen door streepjescodes.
Het plasma breedbeeld met kabelontvangst
en zapper maakt de televisie met twee
draaiknoppen en pootjes een vage zwart-wit
herinnering uit een kleurrijk verleden.
De winkeltjes zijn verdwenen. De dorpelingen
zijn gegaan van lokaal naar globaal. Ze
werken nu digitaal op grotere schaal. Ze
worden gebombardeerd met een overmaat
van informatie, en ze worden vermoeid met
discussies over integratie. Ze vertoeven nu in
een tijd van EU en Euro, een tijd van World
Wide Web en wereldreizen. Velen zijn
vergeten dat in "Het Dorp van Toen" de
middenstanders met een klein winkeltje
samen met de boeren met een kleine stal een
groot deel van het dorpskarakter bepaalden.
Deze mensen zijn voor altijd uit het
dorpsgebeuren verbannen. Er woont een
nieuwe generatie voor wie het dorp van nu
"gewoon" is.
Dineke Francis
dinekefrancis@gmail.com
Indiana, USA Zomer, 2000
UITKOMST VAN
ONDERZOEKINGEN IN HET
REKERMOND PROJECT DEEL 2.
's Gravenhuys ten Nyewendoren.
Het "huis" van de graaf in de streek
Nuwendoorn.
Als vervolg op het vorige artikel in "Zicht op
Haringcarspel" zijn er nieuwe ontdekkingen
over de overblijfselen van het kasteel
Nuwendoorn (1282 - 1367) van Floris V dat
tussen Krabbendam en Eenigenburg ligt aan
de Westfriesedijk. Als we het manuscript van
onderzoeker Cees Wagenaar doorlezen, dat
de redactie in januari 2007 gekregen heeft
van Klaas Westra Jbz. uit Krabbendam, dan
zijn er toch weer nieuwe nog niet
gepubliceerde gegevens die in dit artikel
worden uitgelegd.
Origineel is het 'sGravenhuys ten
Nyewendueren - Niwendueren -
Nyewendoren - Nieuwentoern. Melis Stoke
hofdichter en klerk van de graven vanHolland
en later van de graven van Henegouwen,
gebruikte in zijn Rijmkroniek diverse
benamingen voor het land waarop het kasteel
stond.
De kroniek ontstond in enkele opeenvolgende
stadia. In 1280 - 1282 schreef een anonieme
auteur werkzaam aan het hof van graaf Floris
V, een berijmde kroniek over de vroegste
geschiedenis van Holland tot het jaar 1205.
In 1301 - 1302, in of kort na 1305 en in 1311 -
1314 vervaardigde Melis Stoke drie maal een
vervolg op die eerste kroniek, waarin hij
verslag doet van de gebeurtenissen die zijn
voorgevallen sinds 1205.
Nyewendoren (de benaming van het land
betekent verhoging) was een buurtschap wat
bestond uit het eerste Krabbendam met veel
hoog land er omheen van ongeveer 1 km. in
omtrek, en lag gedeeltelijk in de nog niet
bedijkte Zijpe. Het kasteel lag er bijna
centraal in, bedenk wel dat de huidige
Westfriesedijk in die tijd nog niet bestond.
-li-