Een enkele keer gaat moeder Blaauw naar
Schagen. Het is feest wanneer Piet haar uit
de bus ziet stappen met een doos gebakjes
in haar hand! In de vakanties gaat hij op de
fiets naar familie in Aalsmeer, die daar een
grote kwekerij heeft, of naar Doetinchem,
waar een oom
hoofd van de
werkplaats van
de Zutphen-
Emmerich
tram is.
Op de lagere
school stoomt
meester hem
klaar voor het
middelbaar
onderwijs. Hij
slaat een klas
over en komt
als jonge
leerling op de
MULO in
Schagen.
De dijksloot, waar het goed vissen is. Rechts de toren
van de hervormde kerk.
Het elftal uit Sint Maarten rond 1934. Bovenste rij,
v.l.n.r. de scheidsrechter, Corvan der Ham, Bartel
Schut, Dirk Raar, Karei Numan, Freek Leijen
(bakkersknecht van Homan), Cor Koning Pzn, een
jongen van Oudenaarde uit Eenigenburg.
Tweede rij: Jaap Bruin, Arie Groet en Reyndert Bijpost.
Voorste rij: Jan Jonker, Piet Biesboer (keeper) en Piet
Blaauw
-8-