duinenrij van Bergen tot Camperduin, waar de schooljeugd op woensdagmiddag een enkele keer heen trok. Nee, landelijk was Warmenhuizen in de jaren twintig en dertig, rustig, afgezien van de religieuze stammenstrijd: je stapte bij elke buur, vriend of klant binnen door de nooit afgesloten achterdeur, en als er niemand te zien was, riep je: 'Vollek!' Maar idyllisch was het allerminst. 'Krom van de schulden en scheel van de zorgen', zoals F.J. Beemsterboer zegt, ploeterden verreweg de meeste dorpelingen voort. Intellectueel en artistiek was er al heel weinig te beleven, afgezien van de unieke figuur van Gert Groet - een boer die communist was - die een grote verzameling boeken bezat, bevriend was met de dichter A. Roland Holst en portretten liet tekenen door Rachel Fernhout. En dan was er natuurlijk meester Donia, het hoofd van de nieuwe openbare lagere school. In het lethargische dorp, waar onderwijs eerder werd ondergaan dan aanvaard, laat staan begeerd, stimuleerde hij kinderen in wie hij iets zag en overreedde hun ouders hen naar de Alkmaarse hbs te laten gaan. Op doodenkele vroege uitzonderingen na was mijn generatie de eerste die, dankzij hem, de kans kreeg op een voortgezette opleiding. Zo werd de tram naar Alkmaar, in plaats van een hoogst uitzonderlijk feestelijk vervoermiddel, een dagelijkse levenslijn; zij het al spoedig, toen de tijden nog zwarter werden, vervan gen door de fiets. In deze jaren ontstond begrijpelijker wijs eerst de afstand tot het oudver- trouwde en vanzelfsprekende die het mogelijk maakte het in zijn eigenheid te onderscheiden. Wie geboren is onder de schaduw van de oude Ursulakerk, tegenover de lange iepenrij langs de voorsloot met haar bruggetjes, moet er eerst van losgekomen zijn om te kunnen inzien welk een gaaf en harmonisch dorpsgezicht het decor is geweest van zijn vroege jeugd. En dan, van het torenvierkant van de oude kerk, uitziend over het groene dorp temidden van zijn vele tientallen sloten en slootjes, zich bewust worden van een diepe en onverbrekelijke verknochtheid met het Geestmerambacht. Voor wie meer dan vijftig jaar geleden Warmenhuizen heeft verlaten, valt er maar hier en daar iets van dat vroegere te herkennen. Sinds de verkaveling is voor hem het dorp een vis op het droge, de meeste grote boerderijen van weleer zijn verdwenen - verbrand of afgebroken -, zijn ouderlijk huis is een Chinees eethuis geworden. Alleen de oude Ursula is altijd nog en altijd weer in staat hem te verzoenen. Maar de lof van vroeger tijden zal men hem niet horen zingen. Noord-Holland in Proza, Poezie en Prenten is een uitgave van de culturele Raad Noord-Holland. De in de tekst opgenomen zeefdruk, helaas in ons zwart wit, eveneens uit genoemde bron is van de hand van Ed Dekker docent tekenen te Alkmaar. Walter Lingerak -14-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2007 | | pagina 16