FAMILIE JO BERKHOUT VAN DE OOSTWAL WARM EN HUIZEN. In tegenstelling tot onze beschrijvingen van het wel en wee van de dienstplichtige militairen die rond 1948-1951 in de Oost hun dienstplicht vervulden, hier een beschrijving van de loopbaan van Jo Berkhout die als beroeps via de Koninklijke Marechaussee bij de Indonesische Politie zich een goede positie wist te verwerven, (red.). Informatie kregen wij van Frits Berkhout die in Indonesië is opgegroeid en thans Zuid Afrika woont. Verspreid in de tekst leest u daarom een Indonesisch of Zuid Afrikaans woord. Het is 1878 als Jan Berkhout op het gemeente huis van Warmenhuizen aangifte doet van de geboorte van zijn zoon Pieter (Piet). Het was de 4e zoon van Jan Berkhout en Trijntje Tesselaar. Jan is landarbeider en rietdekker. De jonge Piet Berkhout groeit voorspoedig op, gaat naar school, werkt op de akker als los arbeider en huwt op 22-jarige leeftijd met Elisabeth (Betje) van der Heyden uit Heerhugowaard. Zij is de dochter van Jan van der Heyden en Aafje Schaap uit Heerhugowaard, een arbeidersgezin met 6 kinderen. Betje was in dienst als "meid" in Sint Maarten. Piet en Bet woonden aan de Oostwal 92 in Warmenhuizen en kregen drie kinderen, te weten Johannes (Jo), Afra Catha-rina (Aaf) en Gerard, die na 5 maanden over-leed. Vader Piet had een nogal rondborstig figuur en had de bijnaam "de Baron", iets wat in Warmenhuizen nogal gebruikelijk was. Hij wordt bevorderd en krijgt als standplaats Amsterdam. Dit is een stuk dichter bij Warmenhuizen, gemakkelijker om even over te wippen en het contact met thuis en vrienden in stand te houden. In 1922 leert Jo Berkhout in Groningen Eliza beth Nashan kennen waar hij als wachtmeester der Koninklijke Marechaussee ingekwartierd was na een paar jaren dienst in het toenmalige politiek woelige Amsterdam van kort na de eerste wereldoorlog. Zoals dat ook toen ging werd in 1925 een zoontje geboren. Trouwen was niet mogelijk vanwege het dienstverband en het contract van het korps Marechaussee. Toen de mogelijkheid bestond om in Indonesië bij de Politie in dienst te treden heeft Jo die overplaatsing aanvaard en is kort daarna met zijn verloofde in Groningen in het huwelijk getreden. Eind maart 1927 is het gezin ingescheept op het schip MS Slamat om op 27 April 1927 voet Jo, de zoon van Piet en Bet, groeide op in een voor de tuinbouw niet zo florissante tijd. Boven-dien moest hij op 13- jarige leeftijd reeds zijn moeder missen, die overleed op 36- jarige leef-tijd aan TBC. Drie jaar later hertrouwt zijn vader meet Aaltje Kuys, de weduwe van Piet de Nijs uit de Zijpe. Aaltje neemt een zoon Gert en een dochter Jansje mee in haar 2e huwelijk. Jo Berkhout krijgt er dus een stiefbroer Gert en stiefzus Jansje de Nijs bij. Als Jo 20 jaar is wordt hij opgeroepen voor de militaire dienstplicht. Hij wordt ingedeeld bij de 4e Artilleriebrigade Treinafdeling stamboek nr. 370. Het is een onderdeel van de Koninklijke Marechaussee. Het bevalt Jo goed in het leger. Na de opleiding kan hij bijtekenen, wat hij ook doet. De "Slamat" in de sluis te Vlissingen, direct voor het begin van de proef vaart, in 1924. Dit dubbelschroefs mailschip had in totaal 427passagiers. Er waren twee Schelde-Parsons turbinegroepen van elk 3500 pk, max. snelheid 15 knopen. Lengte 152 m; breedte 18,8 m; hoogte 11,6 m. aan wal te zetten in Tandjong Priok, de havenplaats van Batavia. Na een kort verblijf in hotel Dekker aan het Koningsplein West in -18-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2006 | | pagina 20