ZIJ HIELPEN DE DIEPSMEER BEDIJKEN Uit het blad "Hollands Noorderkwartier" nr 03 uit 1987, een uitgave van de gelijknamige afdeling van de Nederlandse Genealogische Vereniging, een artikel door de heer J.P. Geus, over de aannemers van de bedijking van de Diepsmeer eind 16e eeuw. In 1594 werd begonnen met het bedijken van de Diepsmeer. Het was één van de laatste meren die binnen de Oosterdijk van het Geestmerambacht werden drooggemaakt. Johan van Oldebarnevelt was voor 1/3 gedeelte medebedijker en uit zijn persoonlijk archief is de rekening bewaard gebleven waarin alle kosten van de bedijking uitgebreid vermeld zijn. Deze rekening leert ons veel over de vroegere wijze van werken bij een dergelijke onderneming. Grotere maatschap pijen voor grond- en watenverken bestonden er toen nog niet en zo werd alle graafwerk in kleine gedeeltes aanbesteed en aangenomen door inwoners van de omliggende dorpen. Deze aannemers zijn in de rekeningen met name genoemd. De aanbesteding werden gehouden op 19 augustus en 25 september 1594. De parken waren uitgemeten door de Alkmaarse landmeter Mr. Gerrit Dircxs Langedijck en hadden een lengte van gemiddeld 25 roeden 1 roede is 3 meter). De aanneemsommen varieerden op de eerste dag van 21 tot 31 stuivers per roe en op de tweede dag vaan de aanneming van 36 stuivers tot 2_ gulden per roe. Later moet men hebben ingezien dat deze bedragen beduidend te laag waren. Van de 60 parken werden er in eerste instantie 37 aangenomen tegen bovengenoemde bedragen. Van deze aannemers hebben er 17 het werk laten liggen, zodat dit later voor een hoger bedrag aan de anderen werd gegund. De 20 overige aannemers hebben het werk wel afgemaakt, maar kregen daarvoor dan ook extra betaald. Voor de 23 mondeling (=onderhands) aangenomen parken werd 2 tot 3 gulden per roe betaald. De parken zijn per aanneemdag genummerd en de Romeinse cijfers I en II geven aan, dat I de aannemer is die het werk heeft laten liggen en II de aannemer die het werk heeft voltooid. Hieronder volgen alle namen van hen die een gedeelte van de te graven ringsloot hebben aangenomen. Aanbesteding op 19 augustus 1594. De aannemers van de genummerde parken waren: 1Aeriaen Jacobsz van Noord Scharwoude 2. Baert Garbrants uit Broek 3. I. Gevert Pietersz Barchsz II. Poulus Fransz van Sint Pancras 4. Dirck Thaemsz uit Broek 5. Bartholomeus Jansz uit Broek 6. Cornelis Cleas Nelis van Koedijk 7. dezelfde 8. Pieter Augustijnen van Schagen 9. Cornelis Pietersz Cloet 10. Aeriaen Jacobsz van Kalverdijk 11Dirck Cornelisz Geus 12. Pieter Gleinis van Koedijk 13. Foppe Jan van Koedijk 14. dezelfde 15. Maurus Cornelisz van Koedijk 16. Pieter Jansz uit Broek 17.1. Aerian Jacobsz "uuten Burch" (uit Eenigenburg?) II. Jan Aeriansz van Sint Pancras 18. Pieter Jacobsz van Kalverdijk 19. Hein Jansz van Koedijk 20. Jacob Jacobsz Bes van Koedijk 21. dezelfde 22. Jacob Jansz van Koedijk 23.1. Claes Walraven Cunst van de Stroet II. Claes Heyndriksz 24.1. Jacob Cornelisz Geus van Koedijk Ha. Bartholomeus Jansz uit Broek lib. Dirck Cornelisz van Koedijk 25.1. Cornelis Pietersz van Kalverdijk II. Cornelis Pietersz Cloet 26.1. Lowers Jansz van Sijbelhuizen (deel Tuitjenhorn) II. Pouwel Fransz van Sint Pancras 27. Pieter Jacobsz uit Broek Tussen park 27 en 28 werd op de noord westhoek het maken van een "Sacksloote" met een stuk dijk op 27 september 1594 aangenomen door -35-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2006 | | pagina 37