f 18111 KONINKLIJKE LANDMACHT INDIEGANGER JAN PRONK UIT KALVERDIJK 1945-1949 ■ffiüaailiiai Met de voortreffelijke Maar niet alleen dat ze de vragenlijst over haar broer invulde, ze stuurde ook nog eens een hele lijst met namen en adressen van andere Indiëgangers naar ons toe. Perfect. Broer Jan Pronk vertrok begin 1947 met het troepentransportschip de "Johan van Oldebarneveld" naar de oost. De overtocht via het Suezkanaal verliep voorspoedig, al waren er veel zeezieken. Het schip kwam na enkele weken aan in Tandjong-Priok, de haven van het toenmalige Batavia. Waar het legeronderdeel 1-4-8 R.l. gelegerd werd, wist Mevr. Pronk niet, maar de post moest naar Batavia gestuurd worden. Uit zijn brieven kwam naar voren dat ze nogal vaak verplaatst werden. Over de verzorging hadden de militairen niet te klagen, die was goed. Ook 1-4-8 R.l. moest aan de politionele en andere acties deelnemen, maar daar werd weinig over geschreven, en later werd er ook niet of nauwelijks over gesproken. Net als vele anderen hadden de militairen een goede verstandhouding met de inlandse bevolking. De aan zijn gezicht gewonde dorpsgenoot Tinus Kruijer werd door Jan in het hospitaal opgezocht. Ook Jaap Boekei heeft hij ontmoet. Zijn thuiskomst in maart 1950 met het stoomschip ss Volendam, was een groot feest met familie vrienden en buren in café Stevers (nu eetcafé '"t Skeipie"). De fanfare kwam ook een serenade brengen. Om weer aan het werk te komen was geen probleem, het tuinbouwbedrijf kon hem best gebruiken. Mevr. Pronk schrijft nog, "het moet op de soldaten een enorme indruk hebben gemaakt, de tropenjaren liepen als een rode draad door hun verdere leven". Ook maakt zij nog melding van "het Spiegeltje", de voorloper van de tegenwoor dige "Aftrap". Het "Spiegeltje" werd naar de jongens in Indië gestuurd. Op die manier bleef de band met het thuisfront ook bestaan. Dat er in latere jaren vaak kwetsend en met minachting over de politionele acties van de soldaten die naar Indië waren gestuurd werd gesproken en geschreven, is bij velen hard aangekomen. Zij moesten in die jaren het Indië beleid uitvoeren wat de toenmalige politici in Nederland hadden bepaald. Er vielen daarbij veel slachtoffers onder de militairen en onder de inlandse bevolking. Toen achteraf de politieke inzichten uit die tijd achterhaald werden, konden de militairen de gebeurtenissen uit die tijd ook niet meer terugdraaien. Oorkonde als blijk van erkentelijkheid waarbij hem het recht verleend wordt om de afgebeelde insigne te dragen. De Minister van Oorlog -26- hi 11n v/an "run 71 ictor verklaart, cfat ""Pzoa,. M. r geboren u* .J~L laatstelijk ah o. op trouwe en waardige wijze het Vétjerhnd overzee heeft gediend bij het herstel vuil orde en vrede. Als blijk van erkentelijkheid wordt hem het recht verleend het hierboven afgebeelde insigne te drtigen. rmvcfsluige, "S 1950 Ik tóuifctervita Oorlog,. Tersi$>gefc*<r<È

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2006 | | pagina 28