1865 Vereniging van beide waterschappen.
Dergmeer blijft afhankelijk van de
Kerkmeer bemaling tot 1925.
1895 De Vries, meldt een vijzel van 1,70 m in
middellijn, zodat het scheprad van de
Kerkmeermolen, die ook de Dergmeer
bemaalde, vóór 1895 'vervijzeld' is.
1925 Motor in gebruik genomen na aankoop bij
Kromhout te Amsterdam voor fl.1458,
(notulen van 3 juni 1925)
1936 Vries noemt een ruwoliemotor van 9 P K
in de Dergmeer.
1865 Vereniging van beide waterschappen
1914 Kerkmeermolen verbrand.
1916 Een ruwoliemotor drijft de oude
molenvijzel via een drijfriem aan.
Het machinegebouw wordt op de molen
fundamenten gebouwd
1925 De notulen (van 1925 af beginnend)
melden tevredenheid over de motor.
Dit gaf aanleiding tot aankoop van de
Dergmeermotor.
1936 De Vries noemt in de Kerkmeer een
ruwoliemotor met centrifugaalpomp. De
vijzel moet dus voor 1936 vervangen zijn
door een centrifugaalpomp met de
capaciteit van 30 PK. Veltum: er was
géén centrifugaalpomp, maar
een diesel die de vijzel aandreef.
Avis noemt een windmotor (Amerikaanse
windmolen) met vlucht 4,5 m die in de
jaren 1940 door olieschaarste de
hulpmotor van 10 kub.m. per min.
1967 Avis noemt een windmotor (Amerikaanse 1967 Avis noemt gemaal met vijzel met 14 m3
per minuut om 2,10 m water op te
voeren. De vijzel ligt er nog!
Avis noemt verder nog een 'Amerikaan'
met dezelfde vlucht als die van de
Dergmeer.
Conclusie:
Het cultuurhistorisch belang is groot omdat het complex nog het enige restant vormt van de
bovenbeschreven tweelingpolder. Deze was bovendien door duikers verbonden met o.a. de noordelijk
van de Dergmeer gelegen hebbende derde oude droogmakerij Kromwater. Het is een rechtstreekse
voortzetting op dezelfde historische locatie en op een ongerept gebleven groot perceel grond. De
oorspronkelijke vijzel van de molen is nog aanwezig in het gemaal.
Het molenaarshuisje zoals het nu is.
31