Juridische en feitelijke staat. Artikel 2 Verkoper is verplicht aan koper een recht te leveren dat: a. onvoorwaardelijk is; b. niet bezwaard is met beperkte zakelijke zekerheids- of genotsrechten of kwalitatieve verplichtingen. Het verkochte wordt aanvaard in de staat waarin het zich thans bevindt en met de hoedanigheden die (met inachtneming van dit artikel en van artikel 7) daaraan zijn verbonden. Verkoper staat niet in voor de mogelijkheden tot gebruik, noch voor de toegankelijkheid van het registergoed. Koper aanvaardt het verkochte te zijnen bate en schade. Feitelijke levering en risico. Artikel 3 Het verkochte wordt afgeleverd bij ondertekening dezer akte en gaat over in het bezit van de koper. Het archief berust in het Rijksarchief in Noord-Holland. Koper wordt geacht bekend te zijn met alle bepalingen waaronder de bewaargeving is gedaan en vrijwaart verkoper van alle aanspraken ter zake. Alle genot, baten en lasten alsmede het risico komen met ingang van heden toe, respectievelijk zijn voor rekening van de koper. De zakelijke lasten (onroerende zaakbelasting en waterschapslasten) komen echter vanaf één januari aanstaande voor rekening van de koper. Garanties, van verkoper. Artikel 4 Verkoper garandeert ten aanzien van het registergoed: a. het is vrij van huur en pacht of andere aanspraken tot gebruik; b. hem is niets bekend omtrent een aanwijzing of voorstel als bedoeld in de Wet voorkeursrecht gemeenten; c. het valt niet onder de monumentenwet. Wapen, heerlijkheid, zwanendrift. Artikel 5 Aan de heerlijkheid is een wapen verbonden, dat is bevestigd als gemeentewapen bij besluit van de Hoge Raad van Adel van tweeëntwintig oktober achttienhonderd zeventien, beschreven als volgt: gevierendeeld, I en IV in azuur drie haringen van goud boven elkaar; II en III in azuur een posthoorn van goud; in een hartschild van goud een keper van azuur. Bij deze wapenbevestiging zijn de Rijkskleuren goud en blauw gekozen, waarschijnlijk omdat de oorspronkelijke kleuren niet waren opgegeven. Blijkens de collectie Muschart (aanwezig op het Centraal Bureau voor Genealogie te 's- Gravenhage) voerde Paul Christiaan Fuchs, voornoemd, kwartieren uit het wapen, gecombineerd met zijn eigen wapen (in zilver een springende vos) in kennelijk meer authentieke kleuren, waaruit de beschrijving van het oorspronkelijke wapen zich laat leiden, als volgt: gevierendeeld, I en IV in sinopel drie haringen van zilver boven elkaar; II en III in sabel een posthoorn van goud; in een hartschild van goud een keper van keel. Artikel 6 Koper en zijn rechtsopvolgers zullen het recht hebben tot het voeren van de betiteling "Heer (of Vrijheer) van Haringcarspel" alsmede van het aan de heerlijkheid verbonden wapen, zoals dit in heraldicis gebruikelijk is als hartschild of op andere wijze). Verkoper en zijn rechtverkrijgenden zullen zich onthouden van het gebruik van deze betiteling en van het wapen. Artikel 7 Op het registergoed verblijft reeds meerdere jaren een koppel knobbelzwanen. Ook in het jaar tweeduizend was het koppel (met jongen) op het registergoed aanwezig. De rechten die de verkoper op de knobbelzwanen heeft casu quo kan (doen) uitoefenen, uit hoofde van het recht van zwanendrift zowel als anderszins, draagt hij bij dezen over aan koper. 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2002 | | pagina 9