van de zwart bonte leveranciers aanwezig was. Van de melkboeren kan ik mij er nog vier herinneren, Kees Groot in de Fuik, hij deed zijn naam geen eer aan betreffende zijn lichaamsbouw, Jan Helder in de Dorpsstraat, Kees Blokker in de Stationsstraat en Piet Ligthart in het Centrum van de Dorpsstraat. Dagelijks kwamen zij bij hun vaste klanten langs met hun melkkar, welke geduwd moest worden een heel normale zaak in die jaren. Dit was ook van toepassing op de bakkers, die met hun bakkerskar, bij de klanten verschenen om iedere dag hun vers gebakken brood te kunnen bezorgen. Vier kadetjes voor een dubbelde, maar dat was voor velen een luxe, in veel gezinnen waren meerdere kinderen, dus werden er broden gekocht met soms een pak koekbeschuiten of een roggebrood. Voor dit laatste stond Bakker Wognum uit de Fabrieksstraat bekend, ondanks de bijna harde buitenkant was het met een stevig mes niet moeilijk om er een plak af te snijden. Met hierop een paar plakjes kaas of spek een echte delicatesse, hoewel dit laatste natuurlijk discutabel zal blijven. De winkeliers waren uiteraard ook klantvriendelijk ingesteld, sommigen kwamen eenmaal per week langsom een lijstje met boodschappen in te vullen, welke dan de volgende dag werden thuis bezorgd. Dat gebeurde meestal op een zware transportfiets met dubbele horizontale stangen en boven het voorwiel een grote vierkante bagagedrager met hierop een passende gevlochten mand met deksel om bij regenachtig weer alles droog te kunnen houden. Overigens had niet iedere winkelier een bezorgdienst maar bleven thuis in hun winkel om de mensen, die binnenkwamen, meestal een moeder of dochter te helpen. Het waren meestal kleine dingen, die werden gekocht, omdat deze op dat moment thuis niet meer aanwezig waren, zoals een pond suiker, half pond koffiebonen, welke nog gemalen moesten worden, een ontbijtkoek voor broodbeleg, half pond bruine suiker eveneens bestemd voor de boterham en een pak lucifers. Als ik nu in de auto zit te wachten op mijn vrouw, die bij Super de Boer haar inkopen doet, geeft dat een totaal ander beeld te zien. Volle winkelwagentjes worden naar diverse auto's geduwd met op het onderste gedeelte vaak een krat bier, dat hebben ze niet in de hemel, dus drinken we het hier. Als dit gerstenat soms ook nog eens in de aanbieding is zie je meerdere mensen de deur uitkomen met drie kratten tegelijk in het wagentje. Zonder afgunst overigens, het behoort allemaal tot ons dagelijkse leven. Maar als we 's avonds naar een uitzending kijken op TV met een flesje bier en een glas Coebergh met ijs denken we na afloop toch nog wel eens terug aan het tijdperk, dat vader en moeder 's avonds om negen uur het gaspitje in de kamer uitdraaiden. Dan was het tijd om naar bed te gaan, de wekker waarschuwde s morgens om vijf uur dat er weer en nieuwe dag was aangebroken. Hoewel dit natuurlijk niet voor iedereen van toepassing was. Maar wel vaak mensen, die in de agrarische sector werkzaam waren, was het heel normaal om zes uur te beginnen en de meeste boeren zelfs eerder. Dit alles had echter ook een voordeel, altijd een gezond eetlust, die niet werd getemperd door nog niet uitgevonden beetgare groenten. Wil Siewertsen. 4 In het huis links met markies voor het winkelraam woonde en werkte bakker P. Dissel

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2001 | | pagina 6