Van de weinig bekende planeet Pluto berekende hij de omwentelingsduur, die is 6,4 dagen en de
planeet is veel kleiner dan de reuzenplaneten. Mars interesseerde hem nog steeds en toen zoals een
keer in de vijftien jaar voorkomt, Mars op 7 september 1956 het meest dichtbij zou zijn, waren de
geleerden in staat hun onderzoekingen te intensiveren. Kuiper kwam tot de conclusie dat zijn
beweringen klopten en dat de ijskappen in feite bestonden uit ijskristallen die als een dunne deken in
de winter de polen bedekken en in de zomer een veel kleinere oppervlakte beslaan. Ook verschafte hij
duidelijkheid omtrent de ringen van de planeet Jupiter. In 1958 ontdekte hij "vulkanische uitbarstingen"
op deze planeet en hij poneerde de theorie dat de erupties veroorzaakt werden door het vrijkomen
van grote hoeveelheden warmte-energie aan het oppervlak van Jupiter. Jupiter is de enige planeet die
meer warmte afscheidt dan deze van de zon ontvangt.
In de hele wereld kent men Gerard Kuiper als de grote man achter de maanlandingen. Vanaf 1960
hield hij zich met de voorbereidingen daartoe bezig. Nauwkeurige bestudering van het maanoppervlak
was daarvoor nodig en bij hem in goede handen. Hij trad op als de leider van het team van geleerden.
Met de zogenaamde Rangers en Surveyors werden foto's gemaakt en er werden proeven genomen
op het maanoppervlak zelf, die een veilige landing van de mens moesten waarborgen. De NASA
stelde in 1967 een viermotorig straalvliegtuig, een Corvair CV-90, tot zijn beschikking waarvan het
interieur tot een groot observatorium werd omgebouwd. Het aantal vlieguren dat Kuiper er mee
maakte is indrukwekkend. Op een hoogte van zo'n 12 kilometer werd echter niet alleen het
maanoppervlak bestudeerd, maar ook sterren, planeten en de zon. Nadien zette de NASA het
onderzoek voort met onder andere Voyager-proeven waarbij ruimtevaartuigen het heelal in werden
gestuurd om daar waarnemingen te doen.
Uit de duizenden foto's die door zijn team van de maan gemaakt zijn stelde Kuiper zijn maanatlas
samen. Dit is een kostbaar en bijna volmaakt werk. Een erg dure atlas. Gerard bewoog de NASA er
toe aan alle gerenommeerde observatoria een exemplaar er van te schenken. In 1969 was de NASA
in staat met de Apollo 11 de bemande reis naar de maan te maken en op 20 juli bleek door de landing
van Neil Armstrong, Michael Collins en Edwin Aldrin dat door Kuiper en zijn medewerkers uitstekend
werk was verricht, de eerste mensen landden op de maan.
Toen de bestudering van de maanlanding de aanwezigheid van Kuiper niet zo zeer meer noodzaakte
bemoeide hij zich weer intensief met de gang van zaken op het Yerkes Observatorium en ook op dat
van Tucson, behorend bij de Universiteit van Arizona. Nieuwe instrumentaria en onderzoekmethoden
noopten tot de bouw van een nieuwe sterrenwacht, op de meest gunstige plaats. Kuiper kreeg de
medewerking voor de bouw van een observatorium in Mexico. Daar zou hij nadat hij een lichte
hartaanval had overleefd en een vliegverbod er aan had over gehouden zijn werk voortzetten.
Ondanks de waarschuwingen van zijn doktoren om het verblijf op grote hoogten te vermijden en met
name de bouw van het Observatorium op Mount Bigalow vooralsnog niet te gaan bezichtigen nam hij
een uitnodiging aan om de viering van 700 jaar kennis omtrent de cultuur van Maja's en Azteken in
Mexico City aan. De festiviteiten duurden tot 2 uur 's nachts en waren zowel inspannend als
emotioneel. Mexico City is hoog gelegen. Het gevolg was fataal. Gerrit kreeg in aanwezigheid van zijn
vrouw Sarah en van een college een hartaanval. Aan het leven van deze geniale figuur kwam op het
hoogtepunt van zijn loopbaan een voortijdig einde.
Zijn werk ging door. Zes weken na zijn overlijden ging de Mariner-10 met een snelheid van 37.000
kilometer per uur op weg naar de planeet Mercurius. Een team van geleerden nam op 24 maart 1974
de eerste beelden van het binnenste van het zonnestelsel waar en unaniem werd besloten de meest
duidelijk zichtbare krater op Mercurius de naam "Kuiperkrater" te geven. In mei 1975 kreeg zijn
nieuwe sterrenwacht de naam K.A.O., "Kuiper Airborne Observatory". Vijf en twintig jaar na zijn dood
is de wereld van de astronomen Gerard Kuiper nog niet vergeten, want in de loop van de jaren zijn
steeds meer van zijn beweringen en onderzoeken juist gebleken. Mede daarom werd op 19 juni 1999
de urn met zijn as bijgezet in The Lunar and Planetary Laboratory" van Tucson op Mount Bigalow.
6