die harde wind. Onderweg naar huis passeerde ik de woning van de familie Swan, waar ik zovele
malen aan de bel had moeten trekken. Ook het daarna iedere week weer opgevoerde pantomime
spel, hand door een kiertje van die grote gelakte deur met tussen duim en wijsvinger de twee
rijksdaalders.
Vooral deze twee laatste zo totaal verschillende belevenissen zijn altijd in mijn herinnering
gebleven. Bij de één werd ik als een kleine bedelaar gezien en werd na zijn fooi te hebben
ontvangen de deur weer zwijgend dichtgetrokken. Bij de ander steeds lekker op mijn gemak een
poosje gezellig in de huiskamer zitten met altijd een kopje thee of chocolademelk en een koekje
erbij. Meerdere malen zijn deze niet voor mogelijk gehouden tegenstellingen op een
verjaardagspartijtje of een andere gezellige avond naar voren gebracht.
Dan komen meestal ook verhalen over
hedendaagse toestanden, maar op een geheel
ander niveau. In één week heb ik de volgende,
overigens kleine berichtjes gelezen in de krant;
vermoorde man in Vondelpark, café eigenaar
dood geslagen, Rotterdammer dood geschoten,
Vrouw in Leidse woning om het leven gebracht,
discotheek eigenaar neergestoken, plus daarbij
een artikel in een groot dagblad met als kop;
geweld teistert Amsterdam, negen doden in één
week. Bij dit alles gaan soms de herinneringen
even terug naar het verleden, toen
dorpsomroeper Dirk van Hein nog niet in actie
kwam om de inwoners op de hoogte te brengen
van het feit, dat er iemand door de politie was
aangehouden wegens het rijden zonder licht op
zijn fiets.
Dit soort nieuwtjes kwam meestal ter spraak op
zaterdagavond in de scheerwinkel, hiervan
waren er drie in ons dorp gevestigd, Piet Rol, Cor
Mijlhof en Herman Pronk.
Boven iedere zaak was een bord bevestigd waarop met zwart de letters op een witte achtergrond
het woord KAPPER stond, dat later is veranderd in het beter klinkende KAPSALON. Meestal
waren het dezelfde klanten, die er heen gingen en ook na het scheren nog een poosje bleven
zitten om de nieuwtjes van de afgelopen week te bespreken en één daarvan werd in het gehele
dorp doorverteld.
Hierin speelde Bart van Duin de hoofdrol, veehouder, groentehandelaar, en loonploeger. Voor dit
laatste werd meestal Piet Bleeker ingeschakeld, in de volksmond beter bekend als "de hit".
Van Duin woonde in de bocht van de Oudewal en miste enkele dagen achtereen eieren uit het
door hemzelf getimmerde kippenhok, dat op een stuk weiland was geplaatst, dat in de route was
gelegen, waar hij zijn koeien moest melken. Als dat was gebeurd ging hij even bij de kippen langs
om de eieren uit het hok te halen. Het waren er dagelijks meestal een stuk of tien van de twaalf
Barnevelders, die op het land liepen te schrapen en te pikken. Maar plotseling waren dat er twee
dagen achtereen vier minder, dus ging van Duin op onderzoek uit om te kijken of er misschien
ergens een paar rattengaten zouden zijn. Hij vond een aan de achterkant van het kippenhok aan
de overkant van de sloot, dus moest daar een rattenklem worden gezet. De volgende dag werden
er uit voorzorg twee meegenomen plus een paar paaltjes en tevens stukjes ijzerdraad om de
klemmen te kunnen vastzetten. De eerste werd voor het gat in de walkant geplaatst, de tweede in
het uiterste puntje van het leghokje van de kippen en hieraan vastgemaakt met een stukje
ijzerdraad. De volgende dag na het melken van de koeien eerst weer naar de kippen om mogelijk
een rat uit een van de klemmen te halen. Bij de eerste was dat echter niet het geval, deze stond
nog in precies dezelfde stand zoals die was neergezet. Dat was toch een tegenvaller voor van
Duin, die er beslist op had gerekend, dat er een grote bruine waterrat in zou zitten.
15