augustus 1934, brandde molen G bij de Langebalkbrug door onbekende oorzaak af, waarmee tevens de waarschijnlijk grootste wipmolen van Noord-Holland verdween. Het aantal molens van bet Geestmerambacht was nu verminderd tot de nog bestaande twee, waarvan molen D nog nu en dan gebruikt werd. Als gevolg van de in de jaren 1967-1975 uitgevoerde ruilverkaveling is bet landschap van het Geestmerambacht rigoureus veranderd. Het "Rijk van de 1000 eilanden" met zijn grote wa teroppervlak is niet meer, want een polderpeilverlaging van 1,25 m en de demping van nagenoeg alle sloten hebben tot een geheel ander aanzien geleid. Alleen het ca. 370 ha grote gebied rond de Oosterdel met de daar staande molen te Broek op Langedijk is gespaard gebleven. Dit gebied, en het oppervlak van ca 15 ha, kan door deze molen nog worden bemalen. Ter plaatse van de molen te Sint Pancras is bet polderpeil wel verlaagd, maar is in beginsel de mogelijkheid nog aanwezig om een bemalingfunctie te kunnen vervullen. De windbemaling van de Raaksmaatsboezem De bepoldering en de invoering van windbemaling door de dorpen in het Geestmerambacht vond plaats in de eerste helft van de 16de eeuw. Als gevolg hiervan werd de algemene boezem van het gebied aanmerkelijk in oppervlakte verkleind en voornamelijk beperkt tot de Waard en de met haar in verbinding staande omliggende plassen en meren. Deze boezem werd later Geestmerambachts- of Raaksmaatsboezem genoemd. De verklaring van deze op het eerste gezicht moeilijk te begrijpen naam houdt ten nauwste verband met de voor Geestmerambacht zo belangrijke Hondsbosse zeewering. Deze sloot het gat in de duinen, de natuurlijke zeewering, tussen Hargen en Petten en werd door de dorpen in het hierbij belanghebbende achterliggende gebied onderhouden. De kosten hiervan werden over bet gehele gebied omgeslagen, zodat een ieder al naar gelang zijn inliggende oppervlak moest bijdragen. Als gevolg van geschillen over de juistheid van deze oppervlakken beval keizer Karei de Vijfde als Graaf van Holland bij plakkaat van 16 juni 1533 alle landen gelegen onder de Hondsbosse te doen meten om daarna de contributie, waarin veel bedrog gepleegd was, opnieuw te regelen. Gebleken is dat in 1534 of 1535 alle landen onder de Hondsbosse en Pettemerduin gelegen, door Simon Berthelmeesz, gezworen landmeter, "mit een raex" of ketting zijn gemeten, een methode die in die tijd blijkbaar nog niet algemeen was. Als grondslag voor de omslag der kosten werd nu aangenomen de meting die met een raaks was gedaan en men sprak daarna van de geerzen - een oppervlakte-eenheid - van de Raaksmaat. Later ontstond de naam Raaks-maatsboezem voor de boezem van het gebied dat met de raaks als maat gemeten was. De situatie waarin de boezem was komen te verkeren verslechterde omstreeks 1590 door de droogmaking van de Slootgaard, maar was nog veel ongunstiger geworden toen de krachtens octrooi van 6 maart 1625 aangevangen droogmaking van de Heerhugowaard of Waard was voltooid. De Geestmerambacbts- of Raaksmaatsboezem was nu niet alleen bedenkelijk klein geworden, maar werd bovendien belast met bet water dat het drooggemaakte Heerhugowaard hierop met acht gangen uitmaalde. Daarom waren de afmetingen van de ringsloot van de Heerhugowaard al zo ruim mogelijk genomen, wat niet voldoende bleek zodat een maalpeil vastgesteld diende te worden. Al snel schijnen de bedijkers te hebben ingezien, dat er in feite meer bezwaarwater was dan ze mochten en konden uitslaan en dat deze gang van zaken hun droogmakerij niet ten goede zou komen. Om die reden werd besloten om op de Nieuwe Vaart naar Alkmaar een viertal strijkmolens te bouwen die de Raaksmaatsboezem aan de zuidzijde zouden moeten ontlasten door afmaling op de Schermerboezem. Met is echter de vraag of er toen ook inderdaad vier molens zijn gebouwd. Op een kaart uit 1627, die waarschijnlijk in verband met deze zaak was vervaardigd, staan maar twee molens aangegeven, de C en de D. Hiermee is dan tevens verklaard waarom er uiteindelijk niet 16 maar 14 strijkmolens zijn gekomen. De bouw van de eerste strijkmolens werd meteen een aanleiding om brutaalweg hoger te malen dan bet peil dat voor de 9

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2000 | | pagina 11