Jacob Ambuul Winkelier St. Maarten 1899 Abraham Klerk Secretaris 1901 Klaas Blom Burgemeester Pieter Grim Schoenmaker 1904 Simon Kossen Schipper Zijpe Pieter Klerk Korenmolenaar Schagen Ook schommelingen in de economie komen tot uitdrukking in totale pachtopbrenst door de jaren: 1841 345 1916 2428 1930 1091 1882 1857 1917 2779 1931 589 1900 950 1918 4044 1932 431 1901 1226 1919 4215 1936 263 1912 1916 1921 2046 1937 520 1914 1265 1924 1275 Met als topjaren 1914-1919 1e wereldoorlog en magere jaren 1930-1937 Crisisjaren. Jan Jonker - Dirkshorn HET OUDE HUIS DE LANGE BAAN deel 6 In februari 1929 gingen Herman en ik te logeren naar Wervershoof (14 en 15 jaar oud). Moeder had daar twee zusters wonen, Geertje Kopen-Meester en Afie Hoogeboom-Meester. Zij hadden beiden een groot gezin. Doordat tante Geertje hulp nodig had was mijn zuster Bet daar in betrekking gegaan. Daarnaast ging Bet dinsdags en vrijdags ook nog naar een oude mevrouw te werk die een buurtwinkeltje had. In de winter was er toch geen werk en daarom ging Herman ook mee. Op een zondagmiddag stapten we op de fiets en na twee uur rijden kwamen we bij tante Afie aan. 's Avonds ging Herman naar tante Geertje en ome Karei, die een brandstoffen zaak hadden. Herman ging bij hen logeren. Zij woonden een kilometer verder het dorp in. Alle dagen ging Herman met de brandstofwagen mee om kolen rond te brengen, hij had het best naar zijn zin. Of ik het zo naar mijn zin had? Maandag had tante Afie een grote was en ik moest het huishoudelijk werk doen. Dinsdag moest ik tante Geertje helpen omdat mijn zuster te werk was. Daar bleef ik slapen en woensdagmorgen deden Bet en ik samen het werk. 's Middags ging ik met Bet naar het winkeltje om kennis te maken met die mevrouw. Dat werd een gezellige middag. Donderdag gingen tante Geertje en Bet naar Hoorn om nieuws en moest ik op tien kinderen passen. Vrijdag ging Bet weer naar het winkeltje te werk en ik moest tante weer helpen. Zaterdagmorgen werd ik weer naar tante Afie gestuurd en daar was ik weer de klos. Zondagmorgen gingen we eerst naar de kerk. Het was gelukkig mooi weer en Bet en ik gingen op de fiets naar Enkhuizen. Daar woonde de moeder van ome Karei. Een aardige mevrouw die ons goed onthaalde, we hadden een leuk middagje. Maandag begon het lieve leven weer opnieuw. Tante Afie helpen, dinsdags tante Geertje helpen, 's avonds weer naar tante Afie, want zij ging woensdagmorgen voor drie dagen te logeren naar Langedijk. Daar woonde de meeste familie van tante Afie en ik moest de huishouding doen. 26 H II II

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 1999 | | pagina 30