25 Mei.
Het wisselgeld is heel schaarsch, guldens en Rijksdaalders ziet men zeldzaam, en klein geld is
dikwijls moeilijk vooral kwartjes.
Juli
Het is zeldzaam droog en geen gras. Enkele boeren geven hooi in het land als bijvoeding. De
hooitijd is best geweest, niet veel hooi, maar uitstekende kwaliteit, het is 10 dagen na het maaien
binnen gehaald, zonder regen er in. De 12de Juli, steeg de thermometer tot 122 gr F: het kwik was
zoo hoog mogelijk, misschien was het nog wel warmer en 22 juli was het 60 gr. Het is erg krap
met boter, een hooier helpt ons maar met boter betalen, geen geld.
27 Juli '41.
Het gas is bijna op, de gashouder leeg en tegen de middag 12 uur gaat het gas uit, bijna iedereen
heeft buiten een stookplaats gemaakt. Dit hersteld zich na drie dagen, maar zuinig doen.
Er is heel wat gebeurd dezen zomer, bijna alle Kath. vereenigingen zijn opgeheven, de tijdschriften
en boekjes verboden wegens papier schaarschte zegt men, maar de "Carmelrozen" lag voor sept
klaar voor verzending maar het mocht niet. Een paar R.K. bladen zijn er nog "De Tijd" en de
"Westfries", de L.T.B. ook weg, al wat Roomsch is moet weg. Nu strijden ze in Rusland voor het
geloof en gezin, het sluit niet erg.
We hebben een heele rare zomer wat het weer aan gaat, eerst heel droog, de heele Augustus maand
en Sept. nat. Toen overvloedig gras, wat ingekuild is, de koeien vroeg op stal, de eerste 7 Nov.
14 Nov. vriest het zoo hard de koeraampjes zijn dicht gevroren, in de zoutkamer blijven de
bloemen de geheele dag op de ramen, het jong vee loopt nog buiten.
Er is veel kool bevroren. Het wordt met alles krap.
Voor St. Nic. is er bijna geen snoep, geen chocolade, geen banket. Overigens alles duur. Voor een
theedoek betalen we f 1.50.
29 Mrt '42.
We hebben een strenge winter doorgemaakt. 8 Jan. was het ijs voor de eerste waaghalzen sterk,
toen vroor het 18 dagen achtereen, dag en nacht van 12-20 gr. Erg veel aardappelen bevroren.
Onze kuil was goed besteld, zooals ze de winters 40/41 goed waren gebleven. Nu zijn ze bevroren,
wel te eten, maar iets zoet.
26 Mrt is hier achter de sloot opengebroken, maar het is nog ontzettend koud. Er is niets geen gras
voor de schapen, er gaan veel schapen en lammeren dood van zwakte. Het is zoo krap met hooi en
haast geen stroo meer te krijgen, enkel door bemiddeling van de Landstand (N.S.B.).
Het land wordt gescheurd voor de scheurplicht.
Het wordt met het eten steeds slechter, er is voor de bonnen geen boter te krijgen en enkel
margarine en vet, wat lang niet fijn is, alles schapenvet. Rijst, havermout, maïzena en sago niet
meer te krijgen, bijna geen pudding, niets geen snoep meer.
Het geld is vervangen door zinkstukken, de nikkelen stuiver is niet meer geldig en de koperen
centen zijn 11 april niet meer geldig.
Het blijft het geheele voorjaar koud en droog. Van 9 April tot een week in Mei geen water gehad
en de maand Maart ook droog, de koeien zijn buiten gegaan 12 Mei. Het hooi is zoo goed als op,
maar we weten niet waar de koeien moeten loopen of wat hooiland moet worden. Het heeft begin
Mei 9 dagen gestormd uit het N.Oosten.
26 Juni 1942.
Het is met het eten hopeloos in de steden, aardappelen en groenten niet te krijgen. In Adam zijn 2
vrouwen neergeschoten, die groenten gehaald hadden uit eigen tuintje, hier is niets geen groente,
wij hebben uit eigen tuin. De rooitijd is in het begin.
In de steden is nu nog niet voldoende melk. De mitrailleurs houden het rustig.
Sigaren, sigaretten en tabak en snoep zijn op de bon, 29 Juni kop en schotels enz. op de bon te
krijgen. Enkele maanden hebben we niets kunnen koopen.
28 Juni '42.
We zijn begonnen met het maaien. We hebben 10 pramen hooi van 8 H.A. land en slecht
gewonnen. Het blijft droog tot Aug. dezen maand was nat zoodat we nog 10 pramen na hooi
hadden wat goed was en ingekuild gras, de koeien zijn nog al vroeg op stal. De winter is gelukkig
zacht, het hooi is heel slecht. 2 maal zijn we naar Schoorl geweest met hooi voor de levering maar
76
