binnen en we kregen opdracht om ze te bewaren. Wat wapens betreft hadden we een brengun, maar die hebben we nooit gebruikt. De opgepakte mensen zijn gebleven en toen naar Alkmaar gebracht. Toen was het allemaal afgelopen. een stengun en hier een nacht Pilotenhulp De Australiër Reginald Giddy is aantoonbaar de eerste geallieerde vliegenier die door het regionaal verzet aan een vluchtweg is geholpen. Zijn Lancaster keerde terug van een raid op Düsseldorf en stortte in de nacht van 22 op 23 mei 1943 neer bij Burgerbrug. Bij de 'crash' vielen twee doden. Vijf deels gewonde vliegeniers kwamen behouden op de grond. Zij liepen langs de Westfriesedijk, passeerden Krabbendam, en vonden bij het huis van de heer Frans Mosch te Schoorldam, waar nu dierenarts Oostveen woont, een koolboet die niet op slot was. Op 23 mei werd de bemanning ontdekt door een van de vijf kinderen Mosch. Aangezien de kinderen hun vader niet in gevaar wilden brengen, lieten zij hem onwetend. Flet toeval wilde dat er zich tegenover het woonhuis, aan de andere kant van de dijk nu het huis van de camping 'Rekerlanden', een Duits onderkomen van de Wehrmacht bevond. De Duitsers kwamen niet op het idee om het huis en de boet van de familie Mosch uit te kammen want, een neergestort vliegtuig en daarvan de piloten weg, dat leidde tot een uitgebreide zoektocht. Maar zo dicht bij geallieerde piloten verbergen, dat leek hun kennelijk hoogst onwaarschijnlijk. De familie Mosch heeft de vijf bemanningsleden verzorgd, zowel wat betreft hun verwondingen als het voorzien van eten, 3 dagen lang. Op 27 mei, de trouwdag van de oudste zoon Niek, is de bemanning op klaarlichte dag in werkkleding van de zonen Mosch vertrokken. Ze vertrokken twee aan twee, de laatste alleen, en lieten hun eigen kleding plus laarzen achter. Deze werden nog diezelfde dag onder de grond gestopt door een van de zonen. Vier bemanningsleden werden al spoedig ingerekend, maar Reginald Giddy slaagde er in via de Nieuwe weg naar Langedijk te ontkomen. Daar ontmoette hij bij toeval een melkboer, die hem het adres gaf van 'een timmerman/aannemer die Joden op zolder had'. Jaap Balder van Broek op Langedijk. Balder zette de man op een pilotenhulplijn naar het zuiden. Maar verder dan Parijs zou Reginald Giddy niet komen. Hij is daar toen gearresteerd, en in krijgsgevangenschap genomen. Enkele maanden na 5 mei 1945 kregen vader Frans Mosch en zijn drie zonen een oorkonde als dank voor bewezen diensten en betoonde moed. Deze oorkonde is ondertekend door de latere President Eisenhouwer. Tot 1994 correspondeerden enige familieleden nog met Reginald Giddy in Australië. Bron: Verzet in West-Friesland Joop Wielinga De raadselachtige verdwyning van het bevolkingsregister van Warmen - huizen in de nacht van 13 op 14 april 1944. Inderdaad was het een raadselachtige verdwijning, want de beide gemeenteambtenaren Nico Bes en Gerard Wester, hadden de drie bakken met kaarten niet kunnen meenemen. Samen met de heer Jb. Burger de oudere gemeenteambtenaar die niet in het complot zat, waren ze n.l. op 13 april 1944 na afloop van hun werk op de normale manier naar huis (Tuitjenhorn) gefietst en sindsdien onderge doken. En de luchtwacht, die 's nachts de dossiers bewaakte met de bongel voor de deur, had geen enkele bijzonderheid kunnen rapporteren. Hoe zat dat dan? Toen op 1 maart '44 de heer Chr.Roos, na een burgemeesterscursus van een paar weken (een bij de N.S.B. zeer populaire opleiding) als hoofd van de gemeente zijn entree deed te Warmenhuizen, zon 49

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 1995 | | pagina 49