De Grebmolen onder Schoorldam
herinneringen van
mevrouw VKrijgsman-Klok
Als we in gesprek zijn met Vrouwtje
Klok in St.Maarten dan proeven we nog de
frustraties van de oorlogsjaren. Als zevenjarig
meisje overvallen worden door de oorlog op
de Grebmolen was ook daar, op die eenzame
post, heel moeilijk.
In februari 1943 kwam het eerste joodse echt
paar. Het was de familie Polak-Winter met
dochter Gre en schoonzoon. Ze kwamen niet
in de molen terecht, omdat het een watermolen
was, was daar geen plaats, maar op de zolder
van het woonhuis ernaast. Er achter stond nog
een tuindersschuur omdat molenaar Henk Klok
ook nog tuinder was.
Vanaf het begin was er door haar vader en
moeder op gewezen, om maar vooral te zwij
gen.
Zowel op school, als op straat, bij de verre
buren en bij Opa en Opoe Klok in Koedijk
waar ze elke dag onder schooltijd ging eten,
altijd heeft ze gezwegen.
Na de eerste joodse familie kwam in mei 1943
het tweede joodse echtpaar. Dit was de familie
Italiaander Ook deze familie kwam op de zolder van de woning terecht. Het was voor deze zes
ioodse onderduikers wel een beetje inschikken, maar gezien de situatie was er geen andere keus^
Vrouwtje werd als negenjarig meisje opnieuw bij vader en moeder Klok geroepen, en weer werd
haar verteld om maar vooral te zwijgen.
De onderduikers bleven de gehele dag op zolder, want naar buiten gaan kon niet. Stel je
de verre buren ze eens konden zien en er wat van zouden zeggen.
In het voorjaar van 1944 kwam de zevende onderduiker bij de molen. Het was Nico, de broer
Deze broer was vrachtwagenchauffeur en op een gegeven moment moest hij verplicht munitie
rijden voor de Duitsers. Inplaats van munitie te rijden, leverde hij z'n vrachtwagen •n hij zijn
1 dook onder 's Avonds om ongeveer 8 uur meldde hij zich bij de Grebmolen. Molenaar Hok
was hierop helemaal niet voorbereid, maar, deze kon er ook wel bij. Nico Klok keekHochwe ee
verwonderd dat er nog zes onderduikers in de woning zaten, er was binnen de familie Hok no
iets over verteld. Het spreekwoord spreken is zilver, maar zwijgen is goud, kwam hier heel goe
van pas.
Er waren twee voetpaden vanaf de Westfriesedijk naar de molen Een ging langs hct land en de
boerderij van de familie Bakker, en de andere kwam iets ten zuiden van Schoorldam uit, bij
dC Sl°0t kg' di£,de °UdtesGrhebPlddm
en de nieuwe Grebpolder van elkaar scheidde. Op een dag kwam bakker Nottelman uit Schoorldam
n nrl hrenven Hii was het bruggetje al gepasseerd en was op weg naar de molen. Vanuit de verte
werd de bakker aangeroepen maar, of hij deed of hij niets hoorde of dat hij inderdaad mets hoor e,
De Dmtsem diThem "riepen wisten niet hoe ze bij de molen moesten komen en reden weldra weer
verder. Maar, als ze toch eens geweten hadden, of als bakker Nottelman wat beter geluisterd ha
46