SKSSssss Vaak begonnen als b ij verdienste, zorgde het later voor het inkomen, waarbij de vrouw meestal het stukje grond en het weinige vee wat men bezat, verzorgde. De klompen die op de kleine boerderijen gemaakt werden zou je nu als "massaproduct" kunnen bestempelen, terwijl het werk van de dorps klompenmaker vaak "maatwerk" was. Hij hield rekening met speciale wensen en voetafwijkingen van de besteller, een knobbelteen kreeg extra ruimte in de klomp. In verschillende dorpen bestond rond de eeuwwisseling een bloeiende klompen huis-industrie. Maar bloeiend bleek geen welvaart, wel hard werken. Uit 1910 dateert een berekening van het inkomen van een dorps klompenmaker, beginnend om 6 uur s'morgens tot 's avonds 7 uur kon hij gemiddeld 10 paar klompen maken, zijn weekloon kwam dan "zegge en schrijve" op tien gulden. Voor die tijd een redelijk inkomen. Thuiswerkers verdienden minder, zij werkten voor opdrachtgevers, vaak handelaren, en kregen 12 of 13 cent voor een paar klompen, een dag hard werken voor ruim één gulden. Als we tegenwoordig een klompenmaker aan het werk zien op markten of braderiën is dat niet te vergel ij ken met vroeger, wat de werk omstandigheden betreft. Ze staan nu welvarend en makkei ij k te werken, terwijl het vroeger in de huiskamer moest gebeuren, en meestal was dat ook de enige kamer in huis. Daar werd het hout gezaagd, gekloofd, geboord, gehakt en gesneden, maar er werd ook gewoond, gekookt en geslapen. Een enkeling had een klein schuurtje tot zijn beschikking, meestal bedompt, vochtig en donker. Het is allemaal wat somber zoals ik het hier beschrijf en het was ook geen vrolijke affaire, maar toch was er sprake van liefde voor het werk wat men deed. Men had een bepaalde creatieve in stelling, en kon terecht trots zijn als men een paar mooi passende klompen had gemaakt voor iemand met zeer moei! ij ke voeten. In onze dorpen worden nog vaak klompen gedragen, vooral bij huis of op de tuin. Werden ze vroeger als ze versleten waren nog gebruikt als "hoosnap", om het schuitje uit te hozen na een regenbui en mocht je als kind er een bootje van maken, nu zie je ze aan de muur hangen, gevuld met planten. En dan de toeristen industrie die er voor zorgt dat de Hollandse klomp over de hele wereld gaat. Niet alleen van hout, maar van ieder denkbaar materiaal, en dan het liefst met een molentje op de kap. De klomp is dan niet meer waarvoor hij oorspronkelijk gemaakt werd, een goede gezonde "houten schoen". Enige informatie uit: - ZO LEEFDEN ZIJ, S. DIJKHUIZEN. CEES VAN DER BERG. 9

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 1995 | | pagina 11