o/Z V 1 90 De Kerstvloed van 1717 Op 25 december 1717 werden Friesland, Groningen en vooral Noord-Duitsland getroffen door een verschrik kelijke stormvloed, die duizenden mensen het leven kostte. Ook in de Zuiderzee en het IJ werd het water hoog opgestuwd, in Amsterdam tot 96 duim (2,51 m) boven Amsterdams Peil. De buitendijks gelegen stads delen stonden onder water. Langs de noordkant van het IJ braken de Sint Aagtendijk en de Assendelverdijk op meerdere plaatsen door. Zoals gebruikelijk liep het hoge water over de Slaperdijk, waardoor Haarlem waterover last ondervond. De Schinkeldijk ten westen van Spaarn- dam stroomde ook over, net als de Spaarndammerdijk op enkele plaatsen. Hoewel de Rijnlandse dijken wel werden beschadigd, braken zij niet door.7 Op 17 januari 1718 gaven dijkgraaf en hoog heemraden opdracht aan Zeger Wolfsen en Francois de Roos, toezieners van Rijnland in Spaarndam en Halfweg, om de dijken langs het IJ te inspecteren en daarover rapport uit te brengen. Wolfsen, sinds 1690 toeziener in Spaarndam, was belast met het toezicht op de sluizen in Spaarndam en op de Rijnlandse dijken ten westen van de 15e paal op de Spaarndammerdijk. Die paal stond even ten westen van Halfweg, op de grens van Houtrijk en Polanen. De Roos, sinds 1704 toeziener te Halfweg, hield toezicht op de Spaarndammerdijk tussen paal 15 en het einde van de dijk bij Amsterdam en op de sluizen in Halfweg. Ondanks de winterse omstandigheden gingen de toezieners direct aan het werk. Na tien dagen bracht Wolfsen rapport uit, twee dagen later gevolgd door zijn collega De Roos. Wolfsen begon bij de Slaperdijk. Hij wees op de verbetering van de binnenglooiing na 1702, waarna de dijk nooit meer doorgebroken was, hoewel er nog verscheidene keren water over de dijk gelopen was. Om de dijk in de toekomst te behouden, stelde hij voor die jaarlijks in de herfst op de zwakste plekken aan te stampen en met een halve of hele duim zand op te hogen. In het voorjaar kon op de kruin dezelfde laag zand aan gebracht worden. Over de Schinkeldijk, die bij de storm ter lengte van 40 roeden (ruim 150 m) overgelopen was, Hoorn1 \r Mid/del *7i j V/elts f. HET IJ ROND De kwaliteit van de dijk ten oosten van Halfweg in januari 1718 varieerde volgens Wolfsens collega Francois de Roos nogal. Ten westen van Sloterdijk, tussen de palen 30 en 32, lag een gevaarlijk zwak stuk. In het dorp was de dijk veel te smal. Fragment van de overzichtskaart van Rijnland uit 1687. HHR, Collectie kaarten, A-4316. laffSolluntefi OvertarAfy *1 Vs! i Over Sr. Sant tjBraeck

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2020 | | pagina 90