66
zegslieden van Assendelft dat de zeedijk over anderhalve
mijl (circa 7,5 km) was vernield en bovendien op drie
plaatsen gebroken. De lus van de zeedijk rond Buiten
huizen bevond zich in 1522 in zo slechte staat dat Gerrit
IV van Assendelft alvast permissie gaf een inlaagdijk te
maken. Inderdaad begaf de dijk het wat later en werd
de zeedijk achterwaarts verlegd over deze uit voorzorg
aangelegde Nieuwedijk. Buitenhuizen werd hiermee
een buitendijkse polder omringd door een zomerkade.
Tijdens stormen in 1530 en 1532 begaf de zeedijk het
weer. Het Hof van Holland stuurde in februari 1533 com
missarissen naar Assendelft om de dijk te inspecteren en
de doorbraken te sluiten.46
De Allerheiligenvloed van 1570, die overal
langs de kusten van de Noordzee, Zuiderzee en het IJ
grote overstromingen veroorzaakte, hield ook langs de
Assendelverzeedijk lelijk huis. In 1634 verklaarden twee
bejaarde mannen, beide boven de 80 jaar oud, dat toen
in de dijk van het Nesvierendeel drie doorbraken waren
gevallen. De grootste was op last van hogerhand voor re
kening van de hele gemeenschap hersteld en de andere
twee niet. Dat was onredelijk, maar de verhoefslaagden
waren geen proces begonnen.47 In 1610 werd Assendelft
weer door een overstroming getroffen. De Staten van
Dijkgraaf en heemraden van de in het zuiden aan de
dijk grenzende polder Wijkerbroek aarzelden niet aan
de bel te trekken wanneer zij de dijk niet vertrouwden.
In september 1655 gaven zij de regenten van Castricum
te kennen dat het dijkvak van het dorp zo slecht was
dat buijten alle twijfel (niet werdende gerepareert)
inde aenstaende winter daer inne inundatie sal vallen,
ende de geheele Wijckbroeck groote schade commen te
lijden Daarom werd verzocht de dijk snel in orde
te maken. De Wijkerbroek zelf ging echter ook niet altijd
vrijuit. De polder had in 1534 een sluisje in de dijk gelegd
en beloofd dit samen met acht voet (ca. 2,5 m) dijk aan
weerszijden altijd te zullen onderhouden. In 1652 was het
werk niet gedaan, kreeg de polder een boete aan de broek
en het bleek zelfs nodig tot aanbesteding over te gaan.
In 1663 bleek de Wijkerbroek het sluisje te hebben dicht
gegooid en weigerde verder onderhoud, dit tot nadeel
van de lijn waarin het sluisje had gezeten. Het geschil kon
gelukkig geschikt worden. De polder vulde het gat van het
sluisje twee voet (circa 60 cm) hoger dan de rest van de
dijk, waarna Heemskerk het onderhoud terugnam.45
Over de Assendelverzeedijk staat minder infor
matie ter beschikking. In de Informacie van 1514 - een
onderzoek naar de fiscale draagkracht - verklaarden de
HET IJ ROND
Oude doorbraak in de Westzanerzeedijk aan het einde van de sloot de Reef gezien in de richting van het Zuideinde van Westzaan. Ter hoogte
van de kronkel in het fietspad is een gedeelte van de na de paalwormplaag van 1730-1735 aangelegde steenglooiing behouden gebleven.
Meer hierover in het hoofdstuk ‘Noord: paalworm, keisteen en de stormvloed van 1775’. Foto Chris Schaatsbergen, herfst 2020.