57 Kaptein (2012), 265-305. gemene kosten van Westzaan en Krommenie gesloten. Vervolgens moest het vierendeel waarin de doorbraak zat de dijk één voet hoger maken dan de oude dijk om de onvermijdelijke klink van de verse dijk te compenseren. Indien verlenging van de dijk als gevolg van verlegging binnen- of buitenom nodig was, bleef die voor 25 jaar ten laste van het vierendeel dat daar verstoeld was. Daarna ging het overschot voor een kwart eeuw naar een ander vierendeel enzovoort. De schepenen uit het betreffende vierendeel moesten steeds beslissen of ze de verlenging als gemene dijk gingen onderhouden of over de ingelanden verdelen.23 Als elders werd in Westzaan het gebruik van herziening van de verstoeling om de 33 jaar aangehou den. Op tweede pinksterdag 1569 was het weer zo ver en kwamen de rijkdommen, de belangrijkste landeigena ren, in de Westzaner kerk na de mis een nieuwe verstoe- ling overeen. Hierin werd de regeling over doorbraken bijgesteld. De dijk zou voortaan op gemene kosten gesloten en verhoogd worden tot vier voet (ca. 1,25 m) boven de oude dijk. Het getroffen vierendeel had alleen nog te zorgen dat die hoogte bij de schouw in mei nog steeds gehaald werd. Nieuw was ook dat degenen die ter plekke verhoefslaagd waren bij verlenging van de dijk nooit méér dijk op zich hoefden te nemen. De overschie tende extra lengte werd een ‘gemeenten-dyck’. Tevens werd een regeling voor dijkvakken verdedigd met een beschoeiing bestaande uit dikke planken of platen afgesproken. De planken werden weer met gordingen en ijzeren bouten in verband gehouden. Het onderhoud van een dergelijke ‘platendijck’ was natuurlijk erg kostbaar. Als tegemoetkoming werd afgesproken dat steeds vijf voet (ca. 1,6 m) van de plating in gemeen beheer kwam. De rest bleef ten laste van de eigenaar die ter plekke gestoeld was. Dit gold voor alle huidige en toekomstige ‘Hooge-Platendijck’.24 De schouwen waren in principe de momenten waarop schout en schepenen als dijkgraaf en heemraden het dijkwerk inspecteerden. Voor de Westzanerzeedijk schoot dit kennelijk tekort. Eind maart 1550 verkregen de schepenen op hun verzoek van het Hof van Holland permissie om twee personen aan te stellen voor het dagelijks toezicht. Dit omdat de dijk een lengte had van 1.600 roeden (ca. 5,6 km) en over een grote lengte kaaldijk was zonder bescherming van buitendijks land. Bovendien werd het nog aanwezige voorland dage- lijcx van den Watere genaemt het Thye, inne gewonnen, afgespoe[l]dt, ende gesleten (,..)'.25 Ten slotte waren de schepenen zelf niet goed in staat de dijk in het oog te houden omdat de banne groot was en zij soms ver van de dijk woonden.26 De laatste verstoeling van de Westzanerzeedijk vond in 1604 plaats. In 1637, na de gebruikelijke termijn van 33 jaar, was het weer tijd voor een herziening. De schepenen en vroedschappen besloten het toen echter anders aan te pakken. Zij richtten een verzoekschrift aan de Staten van Holland om te moghen hebben de gemeenschap, van 't maecken ende onderhouden van haren Dijck, genaemt de Zeeburgh, mats-mats gelijck, ende alsoo ghesamentlijck om te slaen (.)'.27 De regenten van Westzaan verzochten dus de dijk gemeen te mogen maken. Dit kwam neer op aanbeste ding van het onderhoud door schout en schepenen als dijkgraaf en heemraden en omslag van de kosten naar evenredigheid van het grondbezit. De aanleiding voor deze stap is niet overgeleverd, maar we weten al dat de Westzanerzeedijk gedeeltelijk van een plating was voorzien. Dergelijke werken waren bij professionele aannemers in veel betere handen. Die beschikten over de noodzakelijke vakkennis en materieel als heistellin gen. Hier kwam bij dat inmiddels in de polder diverse watermolens waren gebouwd. Die konden niet verstoeld worden. Ten slotte maakte de banne een razendsnelle economische ontwikkeling door. De Zaanstreek groeide uit tot een reusachtig en uniek industriegebied op wind energie.28 In 1630 stonden langs de Zaan al meer dan 100 windmolens en in 1660 meer dan 300. Ook de be volking en de bebouwing groeiden razendsnel. Bijna uit het niets kwamen grote nieuwe dorpen als Wormerveer, Zaandijk en Westzaandam op. De enorme economische waarde van de bezittingen achter de zeedijk vereiste vakkundig dijkonderhoud. Met de gemeenmaking was dat veel beter gegarandeerd dan met het oude middel eeuwse systeem van verstoeling. 24 HET IJ ROND Nieuwe Zaanse houtbouw langs de Westzanerzeedijk. Foto Chris Schaatsbergen, herfst 2020. 21 22 23 25 26 27 28 Geciteerd bij De Vries (1876), 13. Geciteerd bij Verkade (1982), 34. Zie ook De Vries (1876), 70. Besondere privilegiën (1661), 83-86, 91-92; De Vries (1876), 126-127, 187-188, 200-201. Besondere privilegien (1661), 115-117; De Vries (1876), 126-127, 187-188; 200-201; Verkade (1982), 72; Beekman dl. I (1905), 143-144. Besondere privilegien (1661), 101. Besondere privilegien (1661) 101-102; De Vries (1876), 17. De Vries noemt als datering 23-3-1549. Er is echter sprake van hofstijl waarbij het nieuwe jaar met pasen begon. Besondere privilegien (1661), 316.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2020 | | pagina 57