17
Pas 30 jaar later zien we weer iets over regionaal water
beheer, maar nu veel uitvoeriger dan in 1255. Op 18
februari 1286 vaardigde graaf Floris V een oorkonde uit
waarin hij het waterbeheer in een groot gebied ten zui
den van het IJ nader regelde. Hierbij werd voor het eerst
de naam Rijnland verbonden met de Spaarndammerdijk,
de Spaarndam en de daarin gelegen sluizen en de in het
verlengde daarvan liggende Schinkeldijk. Ook werd het
gebied van het latere hoogheemraadschap omschreven.
In de eerste plaats gaf de graaf toestemming de
doorgebroken Spaarndam te herstellen. De vergunning
was bestemd voor de inwoners van een gebied dat in het
zuiden begrensd werd door een dijkje bij Wassenaar
en Voorschoten dat later de landscheiding tussen
Rijnland en Delfland zou vormen, in het noorden door
de waterkering langs het IJ en in het oosten door de
Zwammerdam. Alle inwoners van dit gebied hadden
dus belang bij herstel van de Spaarndam. Het regionale
belang van de waterkering langs het IJ reikte nu tot ver
bezuiden de Oude Rijn. Het toezicht op deze waterkering
moest uitgeoefend worden door de baljuw van Rijnland
en de heemraden.10
Rijnland was een baljuwschap, een van de
districten waarin het graafschap Holland was verdeeld.
De baljuw trad in zo’n district op als vertegenwoordiger
van de graaf. Het baljuwschap Rijnland viel niet geheel
samen met het gebied van het latere hoogheemraad
schap. Het huidige Noord-Hollandse deel van Rijnland,
dus ook het gebied langs de zuidkant van het IJ, viel
er buiten. Dat maakte deel uit van het baljuwschap
Kennemerland. Door de verlegging van de waterkering
die het gebied van de Oude Rijn in het noorden moest
beschermen naar het IJ verschoof de grens van het regio
nale waterschap ook in noordelijke richting. Zo kreeg de
baljuw van Rijnland toezicht op een waterkering buiten
zijn baljuwschap en zou hij zich later bij het uitoefenen
van zijn functie als toezichthouder op waterstaatswerken
‘dijkgraaf’ noemen. De heemraden gingen zich in de
14e eeuw 'hoogheemraden van Rijnland’ noemen.
Zo ontstond het hoogheemraadschap van Rijnland.11
Van Tielhof, Van Dam (2006), 50-51; Schevenhoven (2015), 18.
8
10
11
HET IJ ROND
Ter gelegenheid van het 400-jarig
jubileum van de uitgifte van de
oorkonde waarbij graaf Willem
II van Holland de bevoegdheden
van de heemraden erkende,
beeldden Caesar van Everdingen
en Pieter Post deze gebeurtenis
op fantasievolle wijze uit.
Het schilderij, bekend als
‘De Handvestverlening’,
bevindt zich in Stedelijk
Museum De Lakenhal te Leiden.
HHR, Collectie kunst- en
gebruiksvoorwerpen,
KGV-000057.
Van Tielhof, Van Dam (2006), 24.
Van der Linden (1990), 134-135.
OHZ II, 452; Van der Linden (1990), 136-140; idem (1994), 19;
Van Tielhof, Van Dam (2006), 43.
Van der Linden (1990), 144; idem (1994), 20.
OHZ II, 452 en 964; Van der Linden (1990), 132-134;
Van Tielhof, Van Dam (2006), 40-46.
OHZ IV, 2254; Van der Linden (1990), 147-148;
Van Tielhof, Van Dam (2006), 46-48.