si oost-kx w kstz a an da m zjïz/;-raatm z/z Aw, At<Mnw I 125 laat gekomen en het had aan leiding en materialen ont broken. Rogge wees erop dat niemand van de regenten bij de meest bedreigde punten was geweest. Ter verdedi ging voerde hij aan dat zij soms door het hoge water niet uit hun huis konden komen of zelf in gevaar verkeerden. De dijkgraven van West- en Oostzaan woonden ieder op een half uur lopen van de dijken en waren pas om onge veer half elf gearriveerd. Door gemis aan leiding wachtte het volk af en bovendien was de algemene vraag: wie gaat ons voor het werk betalen?50 Gelukkig hadden particulieren het voortouw genomen. Het was dus zaak goede regelingen te treffen zodat iedereen wist wat gedaan moest worden in geval van nood. Een speciaal punt van aandacht vormden de zeer steile binnentaluds. Die waren bijna verticaal door de achter de dijk staande huizen waarvan de kelders vaak ook nog erg slecht waren, aldus Rogge. langs de Nieuwe Haven ook mis te gaan. Daar deden zich de nodige afschuivingen, inkolkingen en doorwellingen voor. Bij het huis van Pieter de Lange spoot het water met een dikke straal door de dijk naar binnen. Met koemest, balken en planken slaagde men erin een doorbraak te voorkomen. Bovendien werd een met water gevulde schuit op de kruin gezet. Op sommige plekken schudden de woningen achter de dijk op hun fundamenten. Door de afschuiving van grote happen grond uit het binnentalud werden de bruggen tussen de erven en de dijk in ongelo felijke bochten omhoog gekromd. Aan de oostzijde richting de Hanepadsluis was de toestand nog veel gevaarlijker. Het water liep daar op vele plekken over de dijk heen en zorgde ook daar voor grote afschuivingen. Om half twaalf had men de toestand nog niet onder controle. Onder andere bij de Hanepad- sluis werd een bekisting gemaakt. Door onervarenheid werd dit werk vaak niet goed aangepakt. In plaats van buitenom probeerde men met zandzakken, stro en hout de gaten zelf te stoppen. Het stromende water ondermijnde dan vaak alles weer snel. Niet voor niets merkte Rogge meermalen in zijn verslag op dat als de eb niet was gekomen, doorbraken onvermijdelijk waren geweest. Na deze stormnacht werd vooral de nadruk op de falende organisatie gelegd. De waarschuwing was te 47 48 49 50 HET IJ ROND Behalve waar anders aangegeven is deze paragraaf gebaseerd op Hering (1776) dl. 2, bijlage IX, pp. 96 e.v. (aldaar het verslag van Rogge); Mars (1946) en Schilstra e.a. (1979), 45-46. Lambooij 2017), 38-39; Schild (2015), 17; Buisman dl. 6 (2015), 461-466; Fransen (2011), 250. Zie ook de peilschaal op de kaart door Jacob Oostwoud, bovenaan deze bladzijde. De regenten van Westzaandam betaalden op 2-12-1775 aan de arbeiders 16 tot 30 st. arbeidsloon uit. Ook de houtleveranciers kregen betaald en de boeren ontvingen 30 st. per praam koemest. Kaart van de door de stormvloed van 14 op 15 november 1775 aan de Oost- en Westzanerzeedijk buiten Zaandam toegebrachte schade (noorden linksboven). Vooral de eerstgenoemde dijk was er slecht aan toe. Rechtsonder een peilschaal waarop aangegeven wordt het peil in de Voorzaan tijdens de stormvloeden van 1775 (A), de Kerstvloed van 1717 (B) en de Kerstvloed van 1731 (C) boven de gewone vloedstand in het IJ (G). Kaart door Jacob Oostwoud opgenomen in Hering (1776). GAZ. C'Z I> Jr T t Nwyr .Viz.z*. <1 *X mt U/JbwTM n «SmkZ-jz/Z. k «4- Ammvw SM*» -Mw* I Afbeelding* dct* Zeedyken H VAII N tt£r maV nttt Zn»ll Z’.-.v J.ivon tXMTWOl'n. «Wz?. (v 3 •■»rt?.4;zrz*w zw. /z&zZ

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2020 | | pagina 125