65
Boerderijen rond 1730
Dirick Jacobsz Zunel en
de armenmeesters van Hoorn
ding - de belasting op onroerend goed - over de huizen
en andere gebouwen in de polder opgenomen. Hierin
worden vijf boerderijen en de poldermolen genoemd.
WFA, OAS Hoorn regesten 2404, 808, 812.
Jan van Schagen, Dirck Jacobsz. en andere ingelanden en
bedijkers van Burghorn in een proces te zijn verwikkeld
met de kerkmeesters van Valkkoog en schepenen en
kerkmeesters van Schagen. Inzet was het bezit van de
Oudedijk en het recht van etting - het begrazingsrecht -
daarop. Het vonnis van het Hof van Holland van 20
september van dat jaar stelde 'Jan van Schagen, Dirck
Jacobsz ende hoer mede gesellen geerffden van tlant van
Burchoern’ in het ongelijk.159
In 1489 liet Dirck Jacobsz zich van zijn goede
kant zien. Dat jaar gaf hij een lijfrentebrief van 15 Rijnse
gulden (13,5 Hollandse gulden) per jaar op hem en zijn
vrouw terug aan de heilige geest en armen van Schagen.
Indien de rente beneden 15 gulden daalde, mocht de
rest verhaald worden op een stuk land van Dirck, groot
8% geersen (2% ha) bij de Mene- of Menisweg. In ruil
zagen de armenmeesters af van bepaalde aanspraken op
Dirck.160 Het laatste bericht over Dirck Jacobsz dateert
van 11 september 1497. Hij is dan overleden. Twee
inwoners van Hoorn, Dirck Jansz en Yelle Rippisz, stonden
toen onder andere aan de huiszittende armenmeesters
in hun stad het land onder Burghorn af dat door wijlen
Dirck Jacobsz aan de armen was geschonken.161
De aankoop van de helft van een blok land in 1468 van
Dirck Jacobsz. is de vroegst bekende investering van
de huiszittende armen in Hoorn in de Burghorn. Zij
waren er snel bij, de polder was toen pas zes jaar
droog. Wanneer de huiszittende armen van Alkmaar
hun eerste land in de polder verwierven, is onbekend.
Beide armenhuizen besloten eind 1720 hun landerijen
in de polder van de hand te doen. De reden was dat de
pachtopbrengst nauwelijks meer opwoog tegen de ver
schillende belastingen en de grote afstand. Voor Alkmaar
ging het om 24 morgen (21 ha) en Hoorn om 46 morgen
(40,3 ha). Op 13 januari 1721 vond een openbare veiling
plaats van deze landerijen in Schagen.162
Pas rond 1730 kunnen we ons weer een goed beeld
vormen van de polder aan de hand van een polderlegger
'geboekt en verbeterd’ in 1723 en bijgehouden tot en
met 1828.163 Als de totale belastbare oppervlakte van de
polder werd toen 978 geersen en 1 roede (284 ha)
opgegeven, verdeeld over 171 percelen. De gemiddelde
oppervlakte van de percelen bedroeg dus 1,7 ha. Maar
er waren grote uitschieters naar boven en beneden.
Het grootste perceel - in 1723 eigendom van Kornelis
Bregman - mat 17 geersen en 9 snees (5,2 ha), het
kleinste was het erf van Jan Kuijpers met een oppervlakte
van 10 roeden (122 m2). Achterin deze legger is bovendien
een kopie van het kohier van de in 1733 herziene verpon-
Met Dirck Jacobsz hebben we al even kennis gemaakt. Hij
behoorde tot de financiers van de bedijking. Zijn familie
naam luidde naar alle waarschijnlijkheid Zunel.155 Hij
was afkomstig uit Amsterdam, maar woonde in Hoorn.
Daar bracht hij het vermoedelijk tot schepen. Dirck han
delde en speculeerde actief met zijn land in de Burghorn.
Reeds op 24 juli 1465 - de Burghorn is nauwelijks droog
gevallen - kocht hij 45 snees (1,2 ha) bij van Jonge Jan
Jansz. De overeenkomst hield in dat Jonge Jan 10 jaar later
die 45 snees kon terugkopen voor 42 Rijnse guldens.
In 1469 en 1471 verkochten Jonge Jan Jansz cum suis
nog eens respectievelijk 29 snees (0,7 ha) en 6 geersen
(1,7 ha) aan Dirck. Die 6 geersen mocht Jonge Jan even
tueel vijf jaar later terugkopen voor 75 Rijnse gulden.156
Hier tegenover stonden de nodige verkopen aan
de meesters van de huiszittenarmen in Hoorn. In 1468
deed Dirck de helft van een blok land met de helft van
het huis en erf aan hen over. Een jaar later, in 1469, deed
hij weer zaken met de armenmeesters en verkocht aan
hen 21 morgen (18,4 ha) land met boerderij en erf aan
hen. Op 11 september 1475 volgde de laatste verkoop
aan de armenmeesters. Deze keer ging het om de helft
van 8 morgen (dus 3% ha) en de helft van 200 roeden
(zo’n 750 m) van de Oudedijk. De armenmeesters
verhuurden overigens dezelfde dag 25 morgen land
(21,9 ha) en 100 roeden dijk (375 m) in de Burghorn
met een boerderij en hofstede op dat land voor 7 pond
groot Vlaams (42 gulden) per jaar.157
Ook in Schagen kocht Dirck Jacobsz land getuige
een transport uit 1484 waarbij Bouwen IJsbrandsz 7
geersen (2 ha) weide- en bouwland bij de Nesdijk
aan hem overdroeg. Dirck Jacosbz verhuurde dit land
vervolgens weer aan de verkoper.158 In 1486 blijken
163
BURGHORN VAN KWELDER TOT POLDER
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
De Vries (1974), 70-71; Lesger (1990), 73-74.
RAA, gemeente Schagen 1415-1813, inv.nr. 140.
Fruin (1876), 60; Fruin (1866), 158.
De Smidt (1966), 328 (17-8-1498).
WFA, OAS Hoorn regesten 722, 723, 773.
RAA, gemeente Schagen 1415-1813, inv.nr. 398.
RAA, gemeente Schagen 1415-1813, inv.nr. 232.
RAA, gemeente Schagen 1415-1813, inv.nr. 346.
WFA, OAS Hoorn, regest 1194.
RAA, oud rechterlijk en weeskamerarchief Burghorn, inv.nr. 5931,
22-10-1720, 21 en 30-04-1721.
RAA, polder Burghorn, inv.nr. 49. De legger was een overzicht van de per
celen in de polder, hun oppervlakte en de eigenaren. Op basis van de legger
werd jaarlijks de door die eigenaren verschuldigde omslag berekend.