24 In een 17e-eeuws afschrift van een passage in het missaal- boek van de kerk van Sint Maarten komen we echter 1462 tegen als jaar van de aanleg van de Nieuwedijk: Hoe dan ook, met de voltooiing van de Nieuwedijk was de vroegst gedocumenteerde landaanwinning in het Noorderkwartier een feit. Een jaar later was ook de inrich ting van het nieuwe land voltooid. Op 10 februari 1463 verleende Willem van Beijeren een privilege betreffende een sluis in de oude zeedijk voor de afwatering van het nieuw ingedijkte land, de visserij, en twee jaarmarkten in Schagen.37 Dit betekent dat in de loop van 1462 de in richting - sloten en kavels, een pad, bruggen enzovoort - gereed moet zijn gekomen. Op 22 februari 1463 beleende Philips de Goede ten slotte Willem van Beijerens jongste zoon, ook Willem geheten, met de heerlijkheid Burghorn. Daarmee was de polder dus een apart erfelijk leen gewor den onder een eigen heer, los van Schagen.38 Zes jaar later, in 1469, kwam het eerste kind in de Burghorn ter wereld: 'Item in dat selve iaer [1469] op dingesdach voor Sinte Margrieten dach [19 juli] so wort geboren dat eerste kint op dat nieuwelant.39 'Int iaer ons Heeren duijsent vierhondert ende tsestich wort Ste. Maertenskerck vernijewt geheel ende al van steenwerck ende van houdtwerck, ende twee iaer daer nae so wordt die nieuwedijck geleijt van Sint Maertens kerck an Scagerdijck toe door Guillem die bastaert tot Hollandt 'grotelic gebaet ende gevordert souden sijn mitden voirscreven nyeuwen dijck want die wael omtrent vijfhondert roeden korter is dan den voirscreven ouden dijck die welcke tot een slaper gelegen heeft zint dat die voirscreven nyeuwen dijck geleijt ende gemaict is geweest niewes zint den jare lxi [1461]'.35 geweest. Tijdens die eerste winter liep de verse dijk desondanks toch vaak schade op. Gedurende het volgende seizoen moest die worden hersteld. Tijdens het werk waren zeker enkele honder den arbeiders op het slik aan de slag. Waarschijnlijk kwamen ze voor het overgrote deel uit de dorpen in de omgeving. Met dijkwerk was iedere West-Friese boer en knecht destijds wel vertrouwd. De bedijking van de Zijpe een eeuw later geeft een idee van de organisatie.34 Daar werd gewerkt in ploegen onder aannemertjes die ieder een bepaalde vak van de dijk hadden aangenomen. Daarnaast waren er 'karrers', voerlieden met paard en wagen. Zij werden per dag betaald. De werkdag bedroeg 's zomers 12 en 's winters negen uur. Tijdens de bouw van de afgelegen dijken van de Zijpe bivakkeerde het volk in kampen te midden van de karren en het andere mate rieel op het werk. Waarschijnlijk was dat in Burghorn niet nodig omdat diverse dorpen binnen loopafstand lagen en daar een onderkomen gezocht kon worden. Helaas is niet geheel duidelijk wanneer de dijk is aangelegd. In een uitspraak van het Hof van Holland van juni 1469 wordt 1461 genoemd. Hierin wordt gemeld dat het Geestmerambacht: I BURGHORN VAN KWELDER TOT POLDER Detail met de Burghorn uit het verkavelingsplan voor de Zijpe na de eerste bedijking van 1553 door Simon Meeuws (noorden rechts). Het gaat om de vroegst bekende kaart waarop de Burghorn is ingetekend. NA, familie Van Wassenaer van Duvenvoorde, inv.nrs. 320-323.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2019 | | pagina 24