36 NSB’er als commissaris der provincie Nieuwe dijkgraaf benoemd Bestuurswisseling bij NHNK Backer deed zijn invloed gelden na het overlijden van dijkgraaf Dirk Kooiman van NHNK. Hoogheemraad Jan Versteeg trad als waarnemend dijkgraaf op. Aan de Hendrik Koster werd kennelijk te licht bevonden voor deze functie, want na de voordracht bleef het maanden lang stil. ‘Outsider’ Jan Bomans viel af, omdat hij plotse ling op 20 maart 1941 overleed. De roep om een jonge bestuurder, zoals hoofdingeland Laan had bepleit, bleek Een half jaar na de Duitse inval overleed commissaris der provincie Antonie Röell. Een bestuurlijke mannetjes putter die, ondanks zijn leeftijd van 76 jaar, tot het einde toe zijn stempel had gedrukt op de gang van zaken in de provincie. De vraag was wie hem zou opvolgen. Het werd de chef van het kabinet van de commissaris, mr. Albert Johan Backer, die tevens provinciaal directeur was van de in het najaar van 1940 ingestelde Stichting Winter hulp.89 Ten tijde van zijn benoeming, in februari 1941, was Backer nog geen lid van de NSB, maar hij raakte steeds meer onder invloed van de Duitse Beauftragte voor Noord-Holland, Martin Seidel, de vertegenwoor diger van Seyss-Inquart in de provincie. Via hem kwam Backer in de ban van het nationaalsocialisme. In de herfst van 1941 werd hij lid van de NSB.90 algemene bestuursvergadering de taak om zich te buigen over de voordracht van een nieuwe dijkgraaf. Een mo gelijke kandidaat was gedeputeerde mr. Jan Bomans, die in een brief aan het dagelijks bestuur had laten weten “beschikbaar te zijn voor een benoeming tot dijkgraaf”.91 Maar Bomans kon niet op de voordracht van het algemeen bestuur worden geplaatst omdat hij daarvan geen lid was. Kandidaten werden namelijk voorgedragen “uit en door het algemeen bestuur”. Benoeming van Bomans was alleen mogelijk buiten de voordracht van het algemeen bestuur om. Bij de eerste vrije stemming kreeg het oudste lid in jaren, dagelijks bestuurder Hendrik Koster uit de Wieringerwaard, 14 van de 18 stemmen.92 De algemeen bestuursleden hadden hem “uit respect” als eerste op de voordracht geplaatst.93 Koster, hoofdingeland vanaf het eerste uur van NHNK en sinds 1923 hoogheemraad, was in het dagelijks leven directeur van een zuivelfabriek en wethouder van de gemeente Wieringerwaard. Dat hij met zijn 63 jaar tot de oudjes behoorde, bleef niet onopgemerkt. Hoofdingeland Jan Laan Dzn., tevens dijkgraaf van Zeevang, stak zijn teleurstelling over deze voordracht niet onder stoelen of banken. Hij wilde geen naam van een kandidaat noemen, maar zijn voorkeur ging uit naar een flinke jonge kracht.94 GEEN SOLDAAT KAN DE POLDER REGEREN! Commissaris der provincie mr. A.J. Backer aan het woord tijdens een vergadering van het AB van Uitwaterende Sluizen in het stadhuis van Alkmaar, 27 mei 1942. Links naast Backer bestuursraad W.N. Felhoen Kraal en aan zijn rechterzijde dijkgraaf C. Kramer Glijnis, secretaris J. Belonje, referendaris, chef mej. mr. A.A.G. Coops van de tweede afdeling A van de provinciale griffie waaronder waterstaat en toezicht op de waterschappen vielen, en de hoogheemraden G. Haremaker en J.W. Bruin Czn. Polygoon NV collectie RAA FO 1003222.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2018 | | pagina 36