103 Bescherming ringdijk Haarlemmermeer In de Haarlemmermeer waren veel verzetsmensen actief. Eén van hen was Cor van Stam (1920-1995), die van 1972 tot 1983 burgemeester van de Haarlemmer meer was. In de oorlog opereerde hij als verzetsman onder de naam Cor van der Meer. Hij bood zelf onderdak aan Joden, hielp bij het vinden van onderduikadressen en speelde als commandant van de KP (Knokploeg), die later overging naar de BS, in de laatste fase van de oorlog een belangrijke rol bij de bescherming van de Ringdijk rond de Haarlemmermeer.278 De Duitsers hadden met hulp van Nederlandse waterbouwkundigen op vier bestuur van de Oude Spaarndammerpolder. Aannemer Polderman uit Spaarndam had in 1945 een rekening inge diend van 1.047,58 gulden voor het dichten van gaten in de Molenweg, het baggeren en krozen van de Heksloot en het opengraven van de duiker aan de Nieuwe Rijweg. Vier jaar later, toen er nog steeds werd gecorrespondeerd over de vergoeding van deze rekening, was bij de polder de maat vol. Het bestuur vroeg om een gesprek met de betrokken ambtenaren voordat het met de minister zelf ging praten, want het wachten had “onze arme polder thans al meer geld gekost dan bij goed beleid verantwoord is”.277 plaatsen zware bommen in de dijken aangebracht. Deze zogeheten springputten, gevuld met 2.500 kilo spring stof, bevonden zich bij de Cruquius, bij Zwanenburg, bij de Westeinderplas (Aalsmeer) en bij de Kaag op het terrein van gemaal De Leeghwater. Als die bommen tot ontploffing werden gebracht, zou de Haarlemmermeer een halve meter onder water komen te staan. Indien ech ter ook de sluizen bij IJmuiden werden vernield, liep de polder tot vier meter diep vol. Het water van de Noord zee kon dan bij vloed, via zijkanaal F, de polder bereiken. Om te voorkomen dat het zover kwam, zorgden mede werkers van het waterschap Haarlemmermeerpolder voor boten met zand in de buurt van de springputten, die bij een explosie in de gaten van de Ringdijk tot zinken zouden worden gebracht. Onder leiding van 'Cor van der Meer’ werden hierover besprekingen gevoerd met het polderbestuur en met Provinciale Waterstaat van Noord-Holland.279 Dijkgraaf Van Hardenbroek had een illegaal dijkleger opgericht om onderwaterzetting van de polder door de Duitsers te voorkomen. Die dijkwacht bewaakte in het geheim - dat wil zeggen zonder dat de Duitsers het merkten - de gemalen en springputten en probeerde de ontstekingen van de bommen onklaar te maken. Van Hardenbroek moest in november 1944 met zijn gezin onderduiken.280 De beschermingsacties kostten in totaal acht verzetsmensen het leven. Zij kwamen om bij het oefenen met springstoffen en bij vuurgevechten met de Duitsers. Maar het hoofddoel werd bereikt: de dijken werden niet opgeblazen, de Haarlemmermeer bleef gespaard.281 bestuur van de Waarderpolder voor, de polderkade langs de Mooie Nel en het Noorder Spaarne te verzwaren door het storten van vuilnis. De firma Serné, belast met dat ver voer, had hier wel oren naar. Op grond van de Plassen- verordening adviseerde het Haarlemse gemeentebestuur bij Provinciale Waterstaat daarvoor een vergunning aan te vragen. In januari 1945 kwam die toestemming binnen, maar alleen voor de periode van 15 oktober tot 1 mei.276 Hoe traag de ambtelijke molens soms draaiden bij de afwikkeling van de inundatieschade ondervond het 2 72 276 2 73 277 GEEN SOLDAAT KAN DE POLDER REGEREN! Mr. Karel J.G. baron van Hardenbroek, dijkgraaf van de Haarlemmermeerpolder, aan de dis bij de viering van zijn koperen jubileum als burgemeester van Bennebroek in 1938. NHA, collectie Kennemerland. 2 74 2 75 278 279 280 281 NHA, tg. 616, Provinciale Waterstaat, inv.nr. 727, verslag gesprek met Kiel, 20-6-1944; notitie betr. Veerpolder, 10-8-1944. Na de capitulatie meldde Kiel zich per auto met zijn archief bij Rijkswater staat in Den Haag. Buitengekomen bleek echter de auto verdwenen. Na enige tijd arriveerde de chauffeur, die vertelde dat de ondergrondse hem gedwongen had naar Wassenaar te rijden. Auto en archief bleven zoek ondanks oproepen. Kiel meldde toen uit het hoofd dat er onderdelen in Emmen lagen. Zie o.a. ‘Waterstaat op jacht’, Nieuwe Haarlemsche Courant, 7-6-1945. NHA, tg. 3028, Vijfhuizerpolder, inv.nr. 84, verslag inundatie, 1945. NHA, tg. nr. 3791, Ver. Grote en Kleine Polders onder Zuid-Schalkwijk, inv.nr. 109, overzicht oorlogsjaren, 1945. NHA, tg. nr. 3795, Waarderpolder onder Haarlem, inv. nr. 156, brief polderbestuur aan burgemeester Haarlem, antwoord van 16-11-1944 en vergunning van Provinciale Waterstaat, 5-1-1945. NHA, tg. 1739, Oude Spaarndammerpolder onder Haarlem, inv. nr. 31, brief bestuur aan Ministerie van Financiën, 11-4-1949. Van Stam (1986), met name 9-30. Van Stam (1986), 149-150. Zie ook Van Velsen (2017), dl. 1, 27-28 en idem (2015), 114-115. Informatie op www.1940-1945.bennebroek.nl. Van Stam (1986), 153-159.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2018 | | pagina 103