Hoort en de regeling van het bestuur van de polder. Het octrooi kwam op 14 maart 1612 af. Als hun voorgan gers kregen de bedijkers met de nodige tegenslagen te maken. Op 23 maart 1614 vond evenwel de verloting van de kavels plaats. Meteen stelden de ingelanden de kavelcondities vast. Die bepaalden onder andere dat er een kaart van de verlote kavels zou worden gemaakt en dat de eigenaars op eigen kosten een kopie mochten vragen.32 Henk Schoorl, de grote kenner van de his torische geografie van het westelijk Waddengebied inclusief Texel, bracht dit laatste in direct verband met de in kopie overgeleverde kaart van Waal en Burg door Dou.33 Het in 1892 door poldersecretaris-penning meester Sijbrand Keijser Pz. samengestelde overzicht van de historie van Waal en Burg geeft evenwel een later tijdstip voor Dou's kaart: "In de maand juli 1620 is door den landmeter Jac. Pietersz. Douw van de ambagtsheerlijkheid Waal en Burg een kaart gemaakt en bij meeting bevonden groot te zijn 733 morgen 397 Rijnlandsche roeden".34 Wie het gelijk aan zijn kant heeft, Schoorl of Keijser, valt door het ontbreken van andere bronnen niet te zeggen.35 In ieder geval wordt nergens op Dou's in kopie overgeleverde kaart de door Keijser genoemde totale oppervlakte van Waal en Burg genoemd. Heeft Dou misschien meerdere kaarten van Waal en Burg vervaardigd? Jan Pietersz. en de bierkaai36 Op 3 februari 1626 was Jan Pietersz. te Schagen aan het werk in opdracht van Aelbrecht van Beieren, heer van Schagen. Dit had te maken met een project van genoemde edelman tot ontwikkeling van een gedeel te van zijn land als bierkaai, als vestigingsplaats voor bierstekerijen. Dat waren drankgroothandels waar tappers en burgers hun bier insloegen. Dou maakte een plannetje voor het terrein met zeven bouwkavels omgeven door een sloot. Op 20 juni van hetzelfde jaar gaf Aelbrecht vier percelen langs de Loet ten westen van zijn slot in erfpacht uit aan Pieter Jacobsz. Oliekan (perceel B), Cornelis Gerbrandsz. Borst (perceel C), Jonas Zegers (perceel D) en Nicolaas Duijst (perceel E). Eind december 1627 nam Samuel Jansz. Timmer man ten slotte perceel F in erfpacht. Dou tekende in de percelen B tot en met E respectievelijk een struisvogel, een passer, twee kruisen en een zwanenhals in. Dit waren de namen van de bierstekerijen. Pieter Jacobsz. Oliekan van De Vogelstruis was overigens een regent uit Haarlem en bierbrouwer in de gelijknamige brou werij. Ook De Passer was eigendom van een Haarlemse brouwer. Aft. 10. Kaart van de erven aan de bierkaai te Schagen. Gemeten door Jan Pietersz. Dou, 3 februari 1627. Manuscript in kleur, 27 x 39,5 cm. NHA, Provinciale Atlas - Kaarten en kaartboeken, inv.nr. NL-HlmN- HA-560-000186-K. 96 DOU, LANDMETERS IN RIJNLAND EN HOLLANDS NOORDERKWARTIER, 1600 1680

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2016 | | pagina 97