Aft. 5. Detail met Amsterdam en omstreken uit de koperen drukplaat van de verkleinde uitvoering van de kaart op een blad door Decker en Deur, 69 x 55 cm. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Heerhugowaard. den en de secretaris in Leiden met Dou gesproken. Hij beloofde toen voor 1 augustus van hetzelfde jaar een kaart in te leveren die meteen naar de plaatsnijder kon. Een en ander werd op papier vastgelegd. De declaratie van bode Steenwijk maakt duidelijk dat Dou in 1675 hard in het Noorderkwartier aan het werk was (zie tabel 4). Steenwijk trok 35 dagen met Dou op en hij declareerde bovendien bijna 71 gulden voor paard- en wagenhuur, kosten van maaltijden en hulp van plaatse lijke "aenwijsers" De opluchting zal groot zijn geweest toen Dou inderdaad op 3 augustus 1675 in Alkmaar verscheen met een kaart. Af was het product evenwel nog niet, Dou wilde namelijk dat de regenten van de dorpen hem zouden helpen met de namen van wegen en waterlopen. Zo hadden hij en Broeckhuysen het ook aangepakt bij de vervaardiging van de grote overzichts kaart van Rijnland.96 Dijkgraaf en hoogheemraden regelden dit snel. Zij nodigden in de loop van augustus, september en oktober regenten van tientallen dorpen uit om zich met Dou over de kaart te buigen. Helaas liep de consultatie van de plaatselijke deskundigen vertraging op door de stormvloed van 4 op 5 novem ber 1675 waarbij grote delen van West-Friesland, de Zeevang en Waterland onder water verdwenen. Pas in augustus 1676 pakte men de draad weer op en werden nieuwe dorpen opgeroepen.97 In het koper In maart 1677 had Dou eindelijk een product gereed dat in koperen drukplaten gebracht kon worden. Op zijn advies werden plaatsnijder Coenraad Decker en lettersnijder Abraham Deur uit Amsterdam hiervoor gevraagd. Decker nam het werk aan voor 1.575 gulden en Deur bedong drie gulden per 100 woorden waarbij vijf letters voor één woord telde. Ondertussen werd er nog verder gewerkt aan de kaart zelf. In de derde week van juni 1677 was Dou met Rooker in Drechterland en omstreken aan de slag en daarna met een andere hoog heemraad, Auwel Prins uit De Rijp, in Waterland. Bode Steenwijk declareerde naderhand een bedrag van ruim 270 gulden wegens voorgeschoten reis- en verblijf kosten van Rooker en Prins bij het assisteren van Dou, daglonen van verschillende personen die geholpen hadden banscheidingen, vaarten en andere zaken aan te wijzen enzovoort.98 Eind december 1677 had Decker de eerste vier platen van de in totaal uit 16 drukplaten opgebouwde grote wandkaart gereed en stuurde proefdrukken naar Alkmaar. Die werden in gezelschap van de vaste land meter van US Johan Heijmenbergh en diens collega Jan Dirksz. Zoutman zorgvuldig door dijkgraaf en hoogheemraden nagekeken en gelukkig redelijk goed 118 DOU, LANDMETERS IN RIJNLAND EN HOLLANDS NOORDERKWARTIER, 1600 1680

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2016 | | pagina 119