Aft. 14. Het dichten van het gat in de West-Friese Omringdijk ten zuiden van Scharwoude na de stormvloeden van november en december 1675. Matthias Withoos, 1676, schilderij op doek, 65 x 115 cm. Westfries Museum, Hoorn, cat.nr. 43142. Een onderzoek naar de precieze achtergronden van het definitieve vonnis valt buiten het bestek van deze bijdrage. Opvallend is wel hoe dicht de definitieve percentages bij de resultaten van Dou en Koutter lagen. En dat terwijl Drechterland en de Vier Noorder Koggen tot het bittere einde hebben geprobeerd om de meting van beide landmeters in diskrediet te brengen. Eén van de juristen van Drechterland schreef om streeks 1693 dat zij indertijd waarschijnlijk nooit een kaart hadden ingeleverd, "omdat anders de ondeugdelijkheyt en ongelijkheyt van plaets tot plaets soude connen aengewesen werden"81 Het lijkt bijna kwaadsprekerij, in de eerste plaats in het licht van de declaratie van Johannes Dou uit 1657, maar misschien nog meer vanwege het exemplaar dat ergens in Enkhuizen aan de wand moet hebben gehangen. Een kaart bovendien, die Dou grotendeels overnam in zijn in 1680 gepubliceerde schitterende kaart van het Noorderkwartier. 110 DOU, LANDMETERS IN RIJNLAND EN HOLLANDS NOORDERKWARTIER, 1600 1680

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2016 | | pagina 111