Vijftig jaar archeologisch onderzoek naar een vroegmiddeleeuwse
handelsplaats van Friezen en Franken, Westerheem 62 (2013), 79-90.
H. van der Linden, 'De abdij Egmond en haar erfouurders.
Met uitweidingen over 'eigendom' en 'eigendomsverschuiving',
Pro Memorie 7 (2005), 44-63.
J. van Lunsen, 'Terp Niekeland aan de Witsmeer', Poldergeest
nr. 16 (mei 2013), 3-5.
J.L. Lutjeharms, 'Een brokje geschiedenis uit Schagen,
De Speelwagen 5 (1950), 83-85.
P.A. Meilink, Het archief van de abdij van Egmond. 3 stukken
('s-Gravenhage 1951).
H.T.J. Miedema, 'Nederlands keen, engels chine, fries, sein',
Naamkunde 4 (1972), 40-45.
H.T.J. Miedema, 'Enkele opmerkingen over de noordhollandse
terpnaam KeinseNaamkunde 12 (1980), 207-212.
F. van Mieris, Groot Charterboek der Graaven van Holland, van
Zeeland en heeren van Vriesland. 4 dln. (Leiden 1753-1756).
J.P.H. Monté Verloren, 'Hoven in Holland', in: Opstellen aange
boden aan Prof.Jhr.Dr. D.G. Rengers Hora Siccama, 1906-1942
(Utrecht 1942), 107-157.
M. Mostert, 'De overeenkomst tussen de abt van Egmond en zijn
pachters te Schagen. Een episode in het slepende conflict tussen
Kennemers en Westfriezen?', Holland 47 (2015), 4-13.
E.F.J. de Mulder, Geologische geschiedenis van de Hondsbossche
Zeewering (3e uitgave Vrienden van de Hondsbossche 1983).
J.W. Muller, 'Over twee oude waterloopnamen: loos en kin, kene'
Nomina geographica Neerlandica 10 (1936), 29-41.
P. Noordeloos, 'Heerlijkheden in Westfriesland', West-Friesland
oud en nieuw 26 (1959), 51-100.
K.C. Numan, 'De Schagerdam en zijn voorgeschiedenis', in:
D. Aten, W. Messchaert, H. de Raad (red.), Binnendijks en buiten
gaats, Liber Amicorum voor Jan T. Bremer (Schoorl 2012), 13-21.
K.C. Numan, De veldnamen van Schagen (Schagen 2015).
F. van Oostrom, Maerlants Wereld (Amsterdam 1996).
O. Opperman (ed.), Fontes Egmundenses (Utrecht 1933).
E. Palmboom, 'De vorming van -hoeven-namen in de veen-
ontginningen van West-Nederland', in: J.B. Berns e.a. (red.),
Feestbundel aangeboden aan prof.dr. D.P. Blok ter gelegenheid van
zijn 65ste verjaardag en zijn afscheid als hoogleraar in de neder
zettingsgeschiedenis in verband met de plaatsnaamkunde aan de
Universiteit van Amsterdam (Hilversum 1990), 278-299.
A. Pol, Muntvondsten uit 19 eeuwen (Den Haag 1984).
J. Pelsdonk, 'Friese penningen in muntvondsten. Dateringen
op de schop', in: K. Huisman e.a. (eindred.), Diggelgoud. 25 jaar
Argeologysk Wurkferban. Archeologisch onderzoek in Fryslan
(Ljouwert 2008), 179-192.
L.J. Pons, A.J. Wiggers, 'De holocene wordingsgeschiedenis
van Noordholland en het Zuiderzeegebied', Tijdschrift van het
Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap 76 (1959),
104-152; 77 (1960), 3-57.
L.J. Pons, S. Jelgersma, A.J. Wiggers, J.D. de Jong, 'Evolution of the
Netherlands Coastal Area during the Holocene', Verhandelingen
van het Koninklijk Nederlands Geologisch en Mijnbouwkundig
Genootschap, Geologische serie 21-2 (1963), 197-208.
A. Quak, 'Het Friese karakter van Noord-Holland op basis van de
oudste persoonsnamen', It Beaken 74 (2012), 85-100.
W. Reh, C. Steenbergen, D. Aten, Zee van land. De droogmakerij
als atlas van de Hollandse landschapsarchitectuur (Wormer 2005).
R. Rentenaar, 'De Nederlandse duinen in de middeleeuwse bronnen
tot omstreeks 1300' Geografisch Tijdschrift 11 (1977), 361-376.
R. Rentenaar, 'De vroegste geschiedenis van het konijn in Holland
en Zeeland', Holland 10 (1978), 2-16.
J. van der Schaar, Woordenboek van voornamen (Utrecht 1964).
A. Schermer, 'Geestmerambacht. Beschrijving van vondsten
en waarnemingen gedaan tijdens de herverkaveling in de jaren
1956-1960 in hoofdzaak aangaande de vroege middeleeuwen',
West-Friesland oud en nieuw 35 (1968), 212-228; 36 (1969), 172
190; 38 (1971), 144-160; 40 (1973), 245-264; 42 (1975), 236-247.
A. Schermer, 'Schagen-Haringhuizerweg, vondsten uit oud-Friese
tijden en de late Middeleeuwen', West-Frieslands oud en nieuw 44
(1977), 244-250.
J.J. Schilstra, In de ban de van de dijk. De Westfriese Omringdijk
(Hoorn 19793).
W. Schmelzer (i.s.m. de Historische bibliotheek van Jan Lute te
Egmond), Afteeldinge ende Levens-beschryvinge van de Heeren en
Graven van Egmondt (Haarlem 2002).
C. Scholten, 'De munten van Friesland van de 10e tot het begin
der 14e eeuw', Jaarboek van het Koninklijk Nederlandsch Genoot
schap voor Munt- en Penningkunde 26 (1939), 1-55.
H. Schoorl, Zeshonderd jaar water en land. Bijdrage tot de histo
rische geo- en hydrografie van de Kop van Noord-Holland in de
periode 1150-1750 (Groningen 1973).
H. Schoorl, Ballade van Texel. Toelichting bij de reproduktie van
een kaartfragment. Texel en omgeving in het midden van de zes
tiende eeuw (Den Burg 1976).
H. Schoorl, t Oge. Het Waddeneiland Callensoog onder het bewind
van de heren van Brederode en hun erfgenamen, de graven van
Holstein-Schaumburg, tot de verkoop aan vier Hollandse heren,
ca. 1250-1614 (Hillegom 1979).
H. Schoorl, 'Het graafschap Holland omstreeks 1300, een histo-
risch-geografische beschouwing', in: Holland in de dertiende eeuw.
Leven, wonen en werken in Holland aan het einde van de dertiende
eeuw ('s-Gravenhage 1982), 1-21.
H. Schoorl, 'De wordingsgeschiedenis van de Zijpe. Bijdrage
tot de geofysische en historisch-geografische ontwikkeling',
Historisch-geografisch tijdschrift 3 (1985), 65-75.
H. Schoorl, Kustgenese - kust genezenBijdrage tot de discussie
over de kust van Noordhollands Noorden (7e uitgave kring van
Vrienden van de Hondsbossche 1987-1988).
H. Schoorl, De convexe kustboog Texel-Vlieland-Terschelling. Bij
dragen tot de kennis van het westelijk Waddengebied en de eilanden
94
DE SCHAGERDAM EN DE ABDIJ VAN EGMOND