BIJLAGE 2
causam pro qua litigatur usque ad adventum nostrum
suspendet, pace et treugis ad utraque parte receptis.
13. Si autem tam ardua fuerit causa, quod protrahi
non poterit nec dilationem capiat, villicus noster cum
illis qui litigant inter se Hecmundam accedet ibique
plenum iudicium et iusticie examen, sive me absente
seu me presente, semper invenient.
14. Qui vero transgressus fuerit et iudicium alias que-
sierit, quoniam omnem iusticiam secun-dum senten-
tiam mansionariorum quilibet ibidem habere poterit,
terra nostra penitus privabitur ne nos et libertas terre
nostre per aliquem malivolum iure suo privetur.
Datum et actum [apud] Hecmundam, anno Domini
MCC quinquagesimo, indictione octava.
Overgenomen uit OHZ dl. V, nr. 2630.
1291 juli 16
Gravin Beatrix, Gijsbert heer van Amstel, Willem van
Egmond, ridder, en Filips van Duivenvoorde, baljuw van
Kennemerland, verklaren dat de Kennemers en West
friezen het land dat zij bij Schagen bezaten, van abt en
convent van Egmond hebben ontvangen op voorwaarde
dat zij de dijk onderhouden.
Wi Beatrijs grauinne van Hollant, Ghisebrecht here
van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, ende
Philips van Duuenuorde balju jn Kenemaerlant or-
conden allen den ghenen die dese letteren sullen zien
ofte horen dat die Kenemaren ende die Vriesen hebben
ontfaen van den abbet van Egmonde ende van menen
conuent al dat lant dat si hadden te Scaghen metten
dike daer toe behoret, jn dere manieren dat si ende
hare nacomelingher ewelike dien dijc diken sullen met
dien lande.
Ende om dat dit stade ende vast sal bliuen, so heb wi
dese letteren gheseghelt met onsen seghelen.
Ghegheven jn den jare ons Heren tualifcondert enden
jen ende neghentich, des manendaghes na sente Mar
grieten daghe.
117 Van de bovenstaande datering is de terminus post quem ontleend aan de
veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Het gebruik van de kerststijl
kan echter niet als uitgesloten worden beschouwd, in welk geval de datering
1249 (dec. 25]-1250 sept. 23 luidt.
DE SCHAGERDAM EN DE ABDIJ VAN EGMOND
91