té. SMARCE In de Middeleeuwen werden voor dateringen vaak naam dagen van heiligen gebruikt. Zo ook bij de Sint Marcel- lusvloed op 16 januari 1219. Deze martelaar was een paus (f 309) die tijdens de christenvervolgingen onder keizer Maxentius tot dwang arbeid als stalknecht werd veroordeeld. Hier is hij dan ook afgebeeld in een stal tussen het vee, knielend bij de pauselijke tiara. J. Callot, circa 1635. Rijksmuseum Amsterdam, objectnr. RP-P-OB-20.693. overstromingen geweest in het noorden en westen van het huidige Nederland. In het bijzonder een noordwesterstorm stuwde het water de Zijpe in, met mogelijk verwoes tende gevolgen. Stel dat de dam - waar die ook precies lag - die de landerijen van de abdij beschermde in 1214 en/of in 1219 werd beschadigd en daarna niet of onvoldoende gerepareerd is. Dan had het water vanuit de Zijpe min of meer vrij spel en kon bij vloed of bij storm de landerijen binnendringen. In dat geval is er inderdaad sprake van vele jaren dat het land onbruik baar was, ruim 30 jaar, tot 1250, het jaar waarin de nieuwe dijk tot stand kwam. Dat is lang. De stormen van 1248 als katalysator Op 20 november en 28 december 1248 stormt het hevig in West-Friesland, Kennemerland en Holland. Talloze dijken worden zwaar beschadigd of breken door. Ook de landerijen van de abdij bij Schagen hebben het opnieuw zwaar te verduren, terwijl ze toch al zo onbruikbaar waren dat ze als 'verwoest' werden gekenmerkt. Er moest een beslissing worden genomen. Waarschijnlijk was die al genomen en wilden of kon den de betrokkenen door de stormen van eind 1248 die beslissing niet langer uitstellen. De gebeurtenissen volgden elkaar in elk geval snel op, om niet te zeggen dat ze elkaar soms inhaal den. Eerst echter nog iets over de situatie voorafgaande aan de stormen van 1248. Er gebeurde immers in het 46 DE SCHAGERDAM EN DE ABDIJ VAN EGMOND

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2015 | | pagina 47