Riorum ^3?. wis' becisiottes xJigSSvv. 7\:£$$s' fRISIC A Siuc .t^bg$&sk p kervm O SVïi^^f yy/tCem Quna Senators VVtt-»a V> -".■^'f"' t^'"— „vtoilffv H umore. mat iirti'tt rt IvE ÓVARljTiE Oy^bERTI 5IBONI5 Anno mdc .lvi. De vierschaar werd oorspronkelijk letterlijk geschaard of gespannen met een koord in de open lucht. In de op deze manier afgebakende ruimte vond de rechtspraak plaats. Op deze prent van een 17e-eeuwse rechtszaal is die oude basisinrich ting nog duidelijk te herkennen. Titelpagina door J. Hermans van J. van den Sande, Decisiones Frisicae Siue rerum in suprema Frisiorum (Leeuwarden 1656). Rijksmuseum Amsterdam, objectnummer RP-P- OB.55.375. De veronderstelling dat het gaat om een boerderij, mogelijk met schuren, hangt samen met de opslag van de producten van de hoevenaars. Hoe de villa scagha eruit heeft gezien, blijft een kwestie van gissen. Of de hoeven bij elkaar ston den rondom de domus of het huis van de abdij of juist verspreid lagen over het hele gebied tussen de Schager- dam en de Withmeer is onbekend. Er is niets overge leverd waaruit het een of het ander blijkt. Valkkoog is echter het enige dorp in het gebied van de abdij ten tijde van of in ieder geval vrij kort na de uitvaardiging van de oorkonde. Daarom is het bijna onontkoombaar op de terpen van dit dorp het merendeel, zo niet alle boerderijen van de villa scagha te lokaliseren. Het huis leek dus in praktische zin op een vroonhoeve, maar de juridische status ervan was als abdijbezit anders en daarom zal de abt het woord niet hebben gebruikt. Valkkoog is vrijwel zeker ook de woonplaats van de villicus geweest. Deze plek was al bewoond voordat de abdij de hoeven kreeg geschonken door Dirk II. Dammen of dijken waren toen nog niet nodig. Terpen al wel?68 Waarbij zich bovendien de vraag voordoet aan welk water die koog lag, aan het water van de Zijpe, of aan het water van de Withmere. Immers deze laatste rivier stroomde vermoedelijk af in de richting van de Zijpe, langs en ten oosten van Valkkoog. Of ging het om nog ander water, een rivier die zich inmiddels aan het oog heeft onttrokken? In 2003 deed F. Diederik verslag van de vondst van scherven en botten uit de Vroege en Late Middeleeuwen in een dik venig pakket op de grote noor delijke terp van Valkkoog. Dit bevestigde het vermoeden dat aldaar reeds in de achtste eeuw een nederzetting was, die zich wist te handhaven tijdens de overstromingen van de 12e eeuw. Zie Blazer (2004), 26-27. DE SCHAGERDAM EN DE ABDIJ VAN EGMOND 43

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2015 | | pagina 44