Dat betekent dat er op Geddenmore een reeks namen volgt van landerijen of stukken al of niet woest land waarvan gezegd wordt dat ze tot hetzelfde gebied, hetzelfde land, behoren als Geddenmore. Ze liggen ernaast, in ieder geval erbij. Deze reeks wordt gevormd door Harecheren- ord, Crepelfliet en Warachnes, terwijl Warachnes nog eens gespecificeerd wordt als omvattende Sibodesmaer, Thiadenvenne, Notlevenes, Overewinkel en Brunwere. De namen lijken in een van hun samenstellende delen een plaats aan te duiden, of een eigennaam te bezitten, dan wel een eigenschap van het land weer te geven. Het gaat om de volgende mogelijkheden: Mogelijke plaatsnamen: Harecherenord, Overewinkel Mogelijke eigennamen: Geddenmore, Harecherenord of Barecherenord, Thiadenvenne, Notlevenes, Warachnes, Sibodesmaer, Brunwere Mogelijke eigenschappen: Harecherenord, Crepelfliet, Warachnes, Overewinkel, Brunwere. Moet er en kan er voor Harecherenord een samenhang worden verondersteld met Harenkarspel, of ook met Haringhuizen? Of is er samenhang te zien met de latere Harkensloot, de Oosterharkensloot, die langs de Zijdewind loopt? Gaat het om de eigennaam Harich/ Harke/Harg, wat bijna zeker zo is in het geval van de Harkensloot? Of gaat het om het naamwoord harg in de betekenis van heiligdom?36 Harg betekent heilig dom, zoveel is zeker. De betekenis van het deel Gedden in Gedden- more is die van een eigennaam in de positie van een genitief. Het is waarschijnlijk een vleinaam afgeleid van de naam Geld.37 Het deel crepel van de Crepelfliet wordt uitge legd als kreupel, onder verwijzing ook naar bijvoor beeld de huidige Kreupel in het IJsselmeer. Volgens het Oudnederlands Woordenboek is de betekenis van krepel die van krom, bochtig. Crepelfliet kan dan hier gelezen worden als kronkelend stroompje. De betekenis van het deel warach, warg in Warachnes is volgens het Oudnederlands Woordenboek misdadiger, vogelvrije. Dat hangt weer samen met en is verwant aan warach in de betekenis van verward, warrig. De betekenis zou kunnen zijn: nes die van niemand is, of nes die warrig, overhoop gehaald, woest is, dus ook ruig (onontgonnen?) land. Het woorddeel Overe in Overewinkel betekent aan de overkant van, aan de overkant liggend; het kan te maken hebben met de plaatsnaam Winkel, maar kan ook alleen duiden op de hoek aan de overkant in het algemeen van een stuk land. Of, afcankelijk van de betekenis van winkel als bocht, een bocht in een waterstroom, aan de overkant van de (veen)stroom. Sibodesmaer; het deel Sibode bevat de eigennaam Sibold of Sibout. Notleve-nes: Het woorddeel Notleve is een eigennaam.38 Brunwere, brun kan zowel een persoonsnaam zijn, Bruin, als het bijvoeglijk naamwoord bruin. De tweede delen zijn meestal wel duidelijk. More: moor is veen, we kennen nu nog de Moerbeek, die waarschijnlijk ooit uitmondde in de Schagerwaard. Ord of oord: betekent landtong, oever, of hoek. Fliet: (water)stroom(pje), beek. Nes: betekent landtong. Maer of meer: betekent water, in Schagen ligt de Meer- sloot, in Alkmaar ligt de Mare. Venne: is het Friese fin, het Noord-Hollandse ven, ofwel een (natte) weide. Winkel: betekent hoek, meestal de bocht in een water stroom. Were: is bekend als bouwland, akker, maar ook plaats van visvangst aan de oever. De abt verwijst naar aan de hoevenaars goed bekend land met de uitdrukking 'Geddenmore of elders (andere stukken land aldaar)'. Het deel elders wordt in het boek van de Heilige Adelbert beschreven met de hierboven genoemde namen, soms een groter stuk land aandui dend, soms mogelijk niet meer dan een klein gedeelte, soms een veenstroompje of een sloot of een plas. Het gaat om veldnamen, niet om plaatsnamen. De meeste bestaan uit een deel eigennaam gevolgd door een deel eigenschap. Een enkele duidt een kenmerk van het landschap daar ter plekke aan. Schagerdam De dijk die de landerijen van de abdij van Egmond bij Schagen, de villa scagha, beschermde tegen het water uit de Zijpe, is de Valkkogerdijk, die zich uitstrekt tussen Sint Maarten en de driesprong gevormd door de Oude Dijk, de Tolkerdijk en de Valkkogerdijk. Dat punt ligt tussen de wiel bij het Valkkoger Verlaat en de Schagerwiel. De Valkkogerdijk wordt in 1320 bij de eerste opmeting van de West-Friese Omringdijk de Schagerdam (Scagherdam) of de Vriezendijk (Vriesendijc) genoemd.39 Dat is ook de naam die De Vries, Beekman, De Cock en Beenakker gebruiken om de dijk aan te duiden.40 Deze Schagerdam krijgt van de abt in de oorkonde geen naam, maar het is wel de dijk waarvan hij vermeldt dat die nieuw wordt aangelegd (informata gemaakt en refecimus herstellen, Latijnse tekst alinea 1 en 8) tegen grote kosten. 30 DE SCHAGERDAM EN DE ABDIJ VAN EGMOND

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2015 | | pagina 31