zinkstukken neer, zij het sinds 1974 op een moderne manier met zogenaamd 'geotextiel'. De bestortingen langs de kustlijn bij Kaap- hoofd vragen bijzondere aandacht doordat het ma teriaal laagsgewijs moet worden aangebracht op een helling tot maximaal 45 meter diepte. In 2003 ging het bijvoorbeeld om circa 30.000 ton. Vanwege die grote diepte kan het materiaal alleen bij dood tij precies op de goede plaats worden gedeponeerd, dus tijdens een kentering, als de stroming minder dan 0,3 meter per seconde bedraagt. De tegenwoordige stortschepen beschikken over een zogenaamd dynamisch Positione- rings Systeem (dPS). Dat is een systeem waarmee ook in zeer diep water de positie en koers van een schip au tomatisch constant wordt gehouden. Schepen hoeven zelfs niet meer voor anker te gaan dank zij de krachtige motoren in combinatie met roerpropellers. Is het schip op de goede plek aangekomen, dan worden door het openen van schuiven de slakken op de gewenste locatie gestort. Hierbij wordt constant de plaats bepaald door middel van het eerder genoemde dGPS. Aan boord van het stortschip bevinden zich twee computersyste men: een dat de juiste positie bepaalt; een tweede dat de lading aan boord berekent en de uitkomst doorgeeft aan de eerste. Door het meten van stroming kan pre cies het moment worden vastgesteld waarop de stenen moeten worden gestort.205 Zeewaartse afsluiting in de toekomst? Het 'gelijk' van Henk Schoorl De zorgwekkende toestand bij het Kaaphoofd, de in zee uitstekende punt van Huisduinen, was al in de achttiende eeuw aanleiding om een zeewaartse kustverdediging te ontwerpen. In dat verband is in het eerste hoofdstuk het plan van Jacob Otten Husly 201 Het volgende is gebaseerd op Bestek W-WW-005 betr. Bestortingswerkzaam- heden Helderse Zeewering. HHNK, dynamische bibliotheek 1.793.12/2003. 202 Kraagstukken zijn zinkstukken die vanaf de laagwaterlijn de oever tot op de bodem bedekken en beschermen. 203 Deze en volgende gegevens ontleend aan RWS Dienst Weg- en Waterbouw kunde: Verdediging Helderse Zeewering bij Kaaphoofd. Nota WBA-N-89049 projectnummer C 8809/05, aanwezig bij HHNK, bibliotheek. 204 Dit laatste materiaal levert uit milieuoverwegingen nogal eens bezwaren op. 205 Ditzelfde plaatsbepalingssysteem is ook in gebruik bij offshore-boringen en zo goed dat men het tegenwoordig benut om putten te boren op drie a vier kilometer zeediepte! DE HELDERSE ZEEWERING SINDS 1750 87

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2013 | | pagina 88