Het Meteorologisch
Observatorium van
Cornelis van der
Sterr. Litho naar
K.W. Braakensiek,
uitgave E. Staderman
te Helder, circa 1850.
NHA. Collectie pren
ten en tekeningen
Provinciale Atlas.
METEGRcH.'MrtSfH ftti&KRVATUROHI «n dn IfKl.UER.
Cornelis van der Sterr, een Helderse Musschen-
broek104
Cornelis van der Sterr was provinciaal opzichter aan de Hel
derse Zeewering tussen 1833 en 1869, het jaar van zijn dood
op 77-jarige leeftijd. Een bijzonder mens. Niet alleen om zijn
gewetensvolle taakopvatting maar ook om zijn praktisch-we-
tenschappelijke arbeid. Landelijk werd hij bekend, toen in
1843 op zijn aandringen het in 1819 gestichte provinciaal
station voor het waarnemen van de waterstanden in het Mars
diep werd ingericht als Meteorologisch Observatorium voor
het meten van watertemperatuur, zoutgehalte en de bepaling
van windrichting en -sterkte. Van der Sterr zette daarmee een
traditie voort die in de achttiende eeuw was ingezet door de
Leidse geleerde Pieter van Musschenbroek en uitgebreid werd
beoefend door J.H. van Swinden, een van de mannen van
1795. Hierin was hij geen uitzondering: opzichters ontwik
kelden zich vaker als meteorologen. Christiaan Brunings en
Frederik Willem Conrad waren hem daarin voorgegaan op
Zwanenburg (Halfweg).
Het station bevond zich in een gebouwtje op het
omrasterde terrein van het Landshok, de woning van de
opzichter. Het werd nu uitgerust met een aantal meteorolo-
gische instrumenten: een hevelbarometer, een thermometer,
een psychrometer (vochtigheidsmeter), een regenmeter en
een uitdampingsmeter. Een zelfregistrerende getijmeter werd
met een buis dwars door de dijk verbonden met het Marsdiep.
Driemaal daags deed hij waarnemingen, zijn hele leven lang.
Op het dak van zijn woning bouwde hij een torentje (het
'torentje van Van der Sterr' stond er tot 1908) waarop een zelf-
registrerende windwijzer werd geplaatst met een eikenhouten
windvaan van twee el (meter), alsmede een winddrukmeter.
Het instrumentarium werd in 1860 uitgebreid met een nieuwe
elektrometer, een in 1857 door William Thomson (alias Lord
Kelvin) uitgevonden toestel voor het meten van de corrosie-
bestendigheid van metalen die in aanraking kwamen met zee
water. Met de nodige wijzigingen (in 1883 kwam het Meteoro
logisch Observatorium aan het Rijk) deed het instituut dienst
tot 1972, toen het in verband met de dijkverhogingen moest
uitwijken naar De Kooy. Het Helderse Observatorium is van
meet af aan een der hoofdstations geweest van het KNMI, niet
alleen vanwege zijn ouderdom, maar ook vanwege zijn accu
ratesse die niet door bebouwing gestoord werd; de uitkomsten
bleven vanaf 1843 grotendeels bewaard en zijn gepubliceerd in
de jaarboeken van het KNMI.
42
DE HELDERSE ZEEWERING SINDS 1750