zijn plan plaats. Ook de hoofden werden totaal vernieuwd. Op 21 februari 1877 was alles officieel gereed. Van Foreest maakte dat niet meer mee, hij overleed op 22 mei 1875 plotseling aan een blindedarmontsteking. Maar toen was reeds duidelijk gebleken dat de keuze voor basalt juist was. Tijdens een storm in oktober 1874 werd bijvoorbeeld maar liefst 275 meter paalscherm vernield. Het op dat moment gereconstrueerde deel van de Zeewering liep daarentegen geen enkele schade op. Wel viel het werk met 2,14 miljoen gulden een stuk hoger uit dan de oorspronkelijke begroting van 1,7 miljoen. Hier stonden veel lagere onderhoudskosten dan voorheen tegenover. Van Foreest werd opgevolgd door D.F. van Leeuwen. Na diens overlijden in 1895 trad jhr.mr. Pieter van Foreest, een zoon van Cornelis, als dijkgraaf aan. Hij introduceerde gewapend beton in de Noord-Hollandse waterstaat. Pieter onderhield vanaf 1906 intensief contact met jhr.ir. R.R.L. de Muralt (1871-1936), ingenieur van het Waterschap Schouwen in Zeeland. Dat voerde na de stormvloed van maart 1906 een dijkverbetering uit volgens het 'systeem De Muralt' met een dijkbekleding van gewapend betonnen platen in combinatie met een muur op de kruin. Dit "systeem van zeeglooiingen in beton, gewapend met metaalgaas" bleek succesvol. Dergelijke 'Muralt-muren' zijn tegenwoordig onder andere nog op de noordelijke dijk van Schouwen-Duiveland, de geleidedam van het Amstelmeer en Wieringen aanwezig. Onder leiding van Pieter van Foreest werd in 1912 een nieuw strandhoofd bij Camperduin aangelegd met een bekleding van gewapend betonnen platen in plaats van een bezetting met basaltzuilen. Dit vormt een van de allereerste voorbeelden van de toepassing van gewapend beton in zee in Noord- Holland.12 Tijdens de storm van januari 1916 - die grote overstromingen in Waterland en de Noordkop veroorzaakte - liep de Zeewering behoorlijke schade op. Er kwam zoveel water over de dijk heen dat balken en planken in het rond dreven. Vooral de hoofden raakten zwaar beschadigd. Ook de rampzalige februaristorm van 1953 hield behoorlijk huis aan de Hondsbossche. De woedende zee sloeg 1.500 vierkante meter basaltglooiing en het werkspoor op de kruin van de dijk weg. De aansluiting op het Camperduin werd totaal vernield. De schade bedroeg bij elkaar 300.000 gulden. Hier kwamen een zware decemberstorm in 12 Zeiler (2011), 82-83. Het onder leiding van Pieter van Foreest aangelegde 'betonnen' strandhoofd, 1929. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Heerhugowaard. 12 Rots in de branding?

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2012 | | pagina 14