Gré
Vóór de laatste dijkverzwaring in de jaren zeventig was de flora op het begroeide deel van De Dijk veel
specialer dan tegenwoordig. Dat dijklichaam lag er al een tijdje en in de loop der vele jaren had er zich
een heel bijzondere plantengemeenschap gevestigd, die helemaal was ingespeeld op het klimaat aldaar,
met veel wind, veel zon, veel zout. De verzwaring zou dat alles onder een nieuwe laag aarde bedekken.
Tot groot verdriet van Gré van de Baan, biologielerares te Schoorl, en nog een grote groep natuurvrien
den. Gré heeft het toen met hulp van het hoogheemraadschap nog voor elkaar gekregen om een deel
van de planten over te brengen naar een speciaal aangelegd survivaltuintje, vanwaar ze na de werk
zaamheden weer zouden uitgeplant worden op het verhoogde dijklichaam. Het heeft niet mogen baten.
Wilde planten zijn koppig en eigenwijs en laten zich niet regisseren. Gré had het kunnen weten. Maar
zo'n poging is in moreel opzicht toch wel iets waard.
Bloeien in de luwte van het wrak
Aan lager wal tussen de basalten zie je hier en daar
grote groene plakkaten groeisel liggen. Planten met
dikke, vette blaadjes en witte bloemetjes. Het is
zeepostelein, wel eetbaar naar het schijnt, maar niet
lekker. Een buurplant is de zilte schijnspurrie.
Een andere zoutplant is nieuw voor de
Hondsbossche: melkkruid. Je vindt het veel in de
Texelse slufter, maar sinds kort weet het zich te
redden in de golfslagluwte van het wrak. Daar ligt
ook wat meer zand tussen de basaltblokken, waar
het melkkruid in kan wortelen.
Zeepostelein.
Zilte schijnspurrie.
Melkkruid.
De wilde-plantentuin op de stenen van De Dijk bij Petten.
14
De Dijk