gegevens en inzichten op, die op vele plaatsen in
dit boek zijn terug te vinden. In het slothoofdstuk
worden de belangrijkste bevindingen nog eens
samengevat. Ook wordt daar een antwoord gege
ven op vragen als:
Reageerden de autoriteiten adequaat op de ramp?
Was de hulpverlening voldoende?
Hoe verwerkten de inwoners van Tuindorp
Oostzaan het leed?
Hoe reageerden de media?
Hoe stelde de Rijksoverheid zich op?
Hoe deugdelijk was het onderzoek naar de
dijkdoorbraak?
Waarom kreeg de ramp geen plaats in ons natio
nale geheugen?
Zijn er lessen getrokken uit de overstroming van
1960?
Hoe pakt een vergelijking met andere waters
noodrampen uit?
Wat is een ramp?
Eén vraag moet nu al worden beantwoord: kan
de overstroming van Tuindorp Oostzaan eigen
lijk wel als een ramp worden gekwalificeerd? Dat
hangt ervan af hoe je het begrip 'ramp' definieert.
Volgens rampenonderzoekers bestaan er helemaal
geen natuurrampen maar alleen 'extreme natuur
lijke gebeurtenissen' en is een ramp alleen een
ramp omdat mensen het een ramp noemen.2 Het
Centrum voor Onderzoek naar de Epidemiologie
van Rampen (CRED) van de Verenigde Naties/WHO
hanteert de volgende criteria voor een ramp:
Er moet sprake zijn van ten minste tien doden en
honderd andere slachtoffers.
De noodtoestand moet zijn uitgeroepen.
Er moet om internationale hulp zijn verzocht.3
Criteria waaraan de overstroming in Tuindorp
Oostzaan niet voldoet. Mij lijkt de CRED-definitie
echter nogal arbitrair. Waarom tien doden en niet
bijvoorbeeld vijftig of honderd? En waarom moet
de noodtoestand zijn uitgeroepen, is het niet
voldoende dat er feitelijk sprake is van een nood
situatie? Deze definitie lijkt vooral te zijn opgesteld
om hulp te kunnen verlenen bij grootschalige
catastrofes in Azië en Afrika. Beter lijkt het mij
om vast te houden aan de definitie zoals we die
vinden in onze eigen Wet veiligheidsrisico's. Deze
wet verstaat onder een ramp 'een zwaar ongeval
of een andere gebeurtenis waarbij het leven en de
gezondheid van veel personen, het milieu of grote
materiële belangen in ernstige mate zijn geschaad
of worden bedreigd en waarbij een gecoördineerde
inzet van diensten en organisaties van verschillende
disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen
of de schadelijke gevolgen te beperken'.4 De over-
stroming van Tuindorp Oostzaan komt zeker over
een met deze omschrijving.
Ook in de beleving van de bewoners was wat er
in die januaridagen van 1960 gebeurde zonder twij
fel een ramp. Het feit dat er geen dodelijke slacht
offers te betreuren waren - een 84-jarige vrouw
die dood werd aangetroffen in haar woning bleek
niet te zijn verdronken maar door een hartaanval
te zijn overleden - doet daar niets aan af. Het was
een gebeurtenis die het leven van meer dan 11.000
mensen wekenlang op zijn kop zette en voor hen
ingrijpende gevolgen had. Wie het meemaakte,
draagt de herinnering voor altijd bij zich. Deze
ramp verdient ook daarom een blijvende plaats in
ons nationale geheugen.
6
De Vergeten Watersnood