f\
Vervolgens ging Van Tets van Goudriaan zelf naar
Den Helder, met een tussenstop in Alkmaar, waar
hij met de dijkgraaf van Uitwaterende Sluizen en
andere leden van waterschapsbesturen sprak. De
heren van Uitwaterende Sluizen waren vernietigend
in hun oordeel over "de heren van Waterstaat",
die alleen maar zorg voor het kanaal koesterden
en niet voor de arme inwoners van Waterland.
Uitwaterende Sluizen had een plan om het lozen
gecontroleerd te laten verlopen, met seinen
van Purmerend tot 't Zand. Aan het eind van
een - alweer vertrouwelijke - brief van dijkgraaf
Druyvesteijn en secretaris De Lange maakten ze
nog één opmerking: was de beringing van de door
braak wel te vertrouwen? Zo ja, dan niet getalmd
om Waterland te helpen. Zo nee, dan zeg ik u, dan
wil men water in Waterland houden!69
Nadat hij op 16 mei in Den Helder was aange-
mmiuilltii
ttUlt
Het Noordhollandsch Kanaal bij Den Helder met de marine- en koopvaardij schutsluis (noorden rechts). Detail uit een door C. van
Baarsel en Zn. gegraveerde kaart naar een door Blanken verstrekt voorbeeld, 1825. Uitgave wed. G. Hulst van Keulen, Amsterdam.
Westfries Archief, Hoorn.
Watersnood in Waterland
51