gangbare openbare mening doordesemd van het
gelukkig samengaan van Rede en Christendom,
dat zo kenmerkend was voor de Nederlandse
Verlichting. Deugd bestond in deze mening uit
liefde voor de naaste, die zich in vriendschap maar
ook in weldadigheid uitte. Deze liefde vormde een
manifestatie van de Goddelijke geest, die ook liefde
was. In de meeste publicaties over de watersnood
wordt er dan ook gewaarschuwd tegen ongezonde
speculaties over Gods bedoelingen. Die konden
en mochten wij mensen immers toch niet kennen.
Hooguit werd verwezen naar het bijbelboek Job.
A A N O E N L U T A F R E E L
Aandoenlyk tafereel, wegens de hooge en byna nooit gehoorde overstroming, 1825. In het vers, "op een treurige Wys", wordt de
overstroming bestempeld als een straf van God zoals dat in goedkope publicaties gebruikelijk was: "Sodom en Gomorra/ Is door
het Vuur verslonden/ De straf volgd hun weldra/ Voor hun bedreven Zonden/ Denk ook dat God het is/ Die 't Water wassen laat/
De straf volgd ons gewis/ Als men zijn woord versmaad". Provinciale atlas Noord-Holland, Haarlem, historieprenten, nr. 0703.
k iMf uifcjn, ré pVxrtt (WERSTHOMING, H V KEN
.lui Juf kïrutfmln
IJ M O 1, A N l"ï k ilnH Ihll^ri L.1-1 jyn 1..ip-i ixVii11 n. i Lxl
eu Hrrurn, O feü TfJl mn tki 'fTTm H.|vfcpl¥ ÊVKlliil mrt bir,
- l'jtwhTpa u.n k 1Urwli i|,i rrn uiIbMIt, cfl kt «ijf'mlni
m bud" *hi Rdirwfj tl11 cV- «■-, inurp
Watersnood in Waterland
41
