'Ter gedachtenis aan geschonken glazen
Zowel bij waterschaps- als stadsbesturen ontstond al
in de late Middeleeuwen de gewoonte om vaatwerk
te schenken. In eerste instantie ging het hierbij om
glazen of bekers ter nagedachtenis van een persoon.
Zo legde bijvoorbeeld het bestuur van de stad
Zwolle in 1535 vast dat voor ieder raadslid dat stierf
een beker zou worden vervaardigd met een gravure
van het wapen van de overledene. Later ging men er
toe over om glazen al bij het aanvaarden van een
functie te (laten) schenken zodat er nog tijdens het
leven van de aanbieder uit gedronken kon worden.
Soms duurde het echter tamelijk lang voor men die
(dure) verplichting nakwam. Om ervoor te zorgen
dat dit toch gebeurde, werden sancties ingesteld. Bij
Waterschap de Overwaard kreeg de betrokkene bij
voorbeeld een verbod op het vissen in de boezem
wateren opgelegd, tot het verplichte glas was afgele
verd.
Op deze manier breidde het bezit van de water
schappen zich uit met vele hensbekers en andere
glazen, meestal geschonken door heemraden of
dijkgraven, soms door derden, om een groot aantal
zeer uiteenlopende redenen. Die varieerden van het
aanvaarden van een functie, jubilea, bijzondere
samenwerkingsverbanden of fusies en de overdracht
van gebouwen, tot spijtbetuigingen, waarbij men
zich soms niet geheel aan de indruk onttrekken kan
dat het aanbieden van een fraai glas een mooie aan
leiding vormde om de status van de schenker nog
eens extra te benadrukken. Van elke categorie
wordt hieronder een of meer representatieve glazen
behandeld.
Komen en gaan
In de collectie van HHNK bevindt zich een groot
aantal glazen met een persoonlijke opdracht. Dik
wijls is het familiewapen van de betrokkene erop
gegraveerd, soms in combinatie met dat van het
waterschap. Aan de achterzijde van de bokalen
vinden we soms hele lappen tekst die betrekking
hebben op het gewenste voorspoedige voortbestaan
van het schap en/of de grote persoonlijke verdien
sten van de gulle schenker of ontvanger van het
glas.
Een schitterend exemplaar en één van de oudste
glazen in de collectie is het glas van de Schermer
polder (afb. 38). Niet alleen is de vormgeving chic,
ook de radgravure toont een verfijnde uitvoering
van een ingewikkeld patroon. Aan de voorzijde van
de kelk bevindt zich het wapen van de Schermeer.
Boven en onder het wapen is de inscriptie Scher-
meers Beschermer aangebracht. Het wapen is
bekroond en omgeven door rolwerk en andere orna
menten in de Lodewijk XIV-stijl.
Aan de andere zijde van de kelk is het familie
wapen van Cornells Eyck (1680-1751) gegraveerd.
Dit wapen is bekroond met een helm met gesloten
vizier, met daarboven een ster. Rond het wapen zijn
rankwerk en pareltjes gegraveerd. Tussen de
wapens is band- en loofwerk aangebracht, waarop
fruitmanden zijn afgebeeld. Daartussen bevinden
zich vogels, eronder hangende elementen, eindigend
in culots. De gravure bevat gepolijste details zoals
de kroontjes van appels, parelsnoeren en de juwe
len in de kroon boven het wapen van de Schermeer.
Langs de bovenrand van het glas is ook bandwerk
aangebracht.
Cornells Eyck werd in 1736 hoofdingeland, in
1740 penningmeester en in 1743 dijkgraaf van de
Schermeer. Zoals vele bestuurders in zijn tijd
bekleedde hij diverse hoge functies; hij was notaris,
schepen, vroedschap en burgemeester van Alkmaar.
Daarnaast was hij gecommitteerde van Alkmaar in
de Rekenkamer en in de Staten-Generaal én vanaf
1733 hoogheemraad en vanaf 1739 dijkgraaf van US.
Vermoedelijk schonk hij het glas bij het aanvaarden
van een bestuursfunctie in de Schermeer, vóór hij
dijkgraaf werd. Dijkgraven vermeldden gewoonlijk
vol trots hun functie op de bokalen die zij aanboden
en op dit glas is dat niet het geval, bovendien betreft
het 'slechts' een wijnglas en geen bokaal van impo
sante afmetingen. Het bandwerk vertoont een sterke
gelijkenis met dat op enkele glazen in het Rijksmu
seum, misschien zijn de gravures door dezelfde
Afb. 38. Gelegenheidsglas van de Schermeer. Loodglas
(de Nederlanden of Engeland); 1725-1750; h. 19,4 cm.,
o kelk 7,9 cm, a voet 8,8 cm. Collectie HHNK.
'T Welvaare van d' Heere
45