Zuidelijke Nederlanden: Antwerpen 1549-1629 Luik 1569-1611, l626-18e eeuw Brussel 1623-18e eeuw. Noordelijke Nederlanden: Middelburg 1581-1646 Amsterdam 1597-1679, mogelijk ook tot in de 18e eeuw Rotterdam I6l4-l634(?), 1641-1644®, 1669-1677, 1681-1696 Den Haag 16320-1678, 1695- 18e eeuw Maastricht l645-18e eeuw Den Bosch l656-18e eeuw Nijmegen 1658-1670 Haarlem 1665-1667, 1678-1697. Ook in andere steden, zoals Namen, Gent, Dor drecht, Muiden, Amersfoort, Utrecht, Zutphen, Deventer en Zwolle bloeide, zij het voor kortere tijd, de fijnglasproductie. Ongeveer een eeuw nadat een grote groep vluchtelingen uit het zuiden een impuls gaf aan de Noord-Nederlandse economie, kwam er een nieuwe vluchtelingenstroom op gang die posi tieve gevolgen had voor de Nederlanden. Oorzaak was ditmaal de herroeping van het Edict van Nantes in 1685, waardoor Hugenoten hun vrijheid van geloofsbelijding verloren en zich genoodzaakt zagen om Frankrijk te verlaten. Onder de vele uitgeweken handwerkslieden bevonden zich ook glasblazers, die met open armen werden ontvangen in de Neder landse glashutten. De hiervoor al beschreven uitvinding van kristal- of loodglas door de Engelsman Ravenscroft en de daaropvolgende bloei van de Engelse glasindustrie was van grote invloed op de glasproductie in de Nederlanden. Hoewel ook hier onderzoek werd gedaan naar een andere, verbeterde, samenstelling van de glasmassa raakte men bij het Engelse fabri kaat achterop. Ondanks het feit dat sommige glas hutten Engelse glasblazers in dienst hadden, zoals blijkt uit documenten uit het derde kwart van de achttiende eeuw, overtrof rond 1750 de import van Engels glas de export van Nederlands fabricaat. Alleen een bedrijf in 's- Hertogenbosch, dat omstreeks 1775 een glasslijper uit Engeland had laten overkomen, fabriceerde nog glas dat wat schoonheid betreft met het Engelse kon concurre ren. Weliswaar leek de vorm van het meeste Neder landse glas in die periode sterk op producten van de overzijde van het Kanaal, waarbij de heersende mode in de decoratie van stammen door het aan brengen van facetten, knoppen en luchtslingers werd gevolgd. Maar het materiaal was inferieur, troebel en verkleurd, met een zwakke klank en te licht van gewicht vanwege het geringe loodgehalte. Volgens sommige auteurs werden alleen de mooiste glazen, namelijk die uit Engeland waren geïmpor teerd, in Nederland voorzien van gravures. Inmid dels zijn de meningen hieromtrent aan het verande ren, wellicht kwam er veel meer kristal uit Den Bosch dan tot nu toe werd aangenomen. Nader onderzoek moet uitwijzen of een groot aantal glazen dat nu nog als 'vermoedelijk Engels' in diverse museumcatalogi genoteerd staat, niet van eigen bodem afkomstig blijkt te zijn. 12 'T Welvaare van d' Heere

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2008 | | pagina 13