Nieuwe regeling voor de peilbemaling22
Een steeds terugkerend thema bij US was de peilbemaling. In
1892, in de Algemene Vergadering van 16 november, werd een
nieuw Besluit tot regeling van de peilmaling op Schermerboezem
aangenomen. Dat voorzag in een hoofdpeilopnemer, zes
districtopzichters, negen noodseingevers en 30 seinoverbrengers.
Normaal gesproken was het de hoofdopnemer die het stopsein
door middel van het hijsen van een blauwe vlag overdag of
een lantaarn 's nachts liet uitgaan. Dat stopsein werd dan door
de seinoverbrengers overgenomen. Zij hesen ook vlaggen of
lantaarns in een speciaal daartoe geplaatste mast of de wiek van
hun molen. Op die manier werd het stopsignaal door heel het
Noorderkwartier bekend gemaakt. Omdat er door opwaaiing
in de uitgestrekte Schermerboezem plaatselijk zeer hoge
waterstanden konden voorkomen, waren er verspreid over het
gebied ook nog negen noodseingevers. Die waren bevoegd het
stopsein te laten uitgaan bij AP 8 cm.
In de vergadering van 5 mei 1893 werd tevreden
geconstateerd dat het nieuwe systeem van seingeving prima
gewerkt had. Wat ook goed viel, was de conclusie van een
onderzoek ingesteld door Provinciale Waterstaat naar aanleiding
van klachten van de Overweerschepolder bij Purmerend over de
hoge stand van de Schermerboezem op 23 oktober 1892. Het
bleek dat niet zozeer door de hoge waterstand van de boezem,
maar door de "toestand dier waterkeeringen de polder het
meeste gevaar heeft geloopen"De polderdijk was bijna overal
te laag om hoog boezemwater te kunnen keren en kwelde op
bepaalde plekken door. Met andere woorden: US trof geen
blaam, de polder had maar moeten zorgen voor een betere kade.
Een jaar later brak de kade van de oostelijke helft
van de polder Beetskoog onder Hoorn - de zogenaamde
Schardammerkoog - door. Na onderzoek bleek ook hier de
dijk verwaarloosd en dat "...die kade die hoofdzakelijk uit veen
bestaat..door de aanhoudende warmte in den af geloopen
zomer was uitgedroogd en gescheurd"net als bij Wilnis in
2003 en misschien ook de Belmermeer in Waterland in juli
2006. Weer een jaar later, in 1894, vroegen 34 polderbesturen
om verandering van het reglement voor de peilbemaling en
wel zodanig dat iedere seingever het stopsein kon geven zodra
het water in enig gedeelte van Schermerboezem tot precies AP
(en niet pas bij AP 8 cm) was gestegen. Aanleiding was het
bezwijken van een gedeelte van de waterkering van de polder
Mijzen tussen Alkmaar en Hoorn in 1889. Het verzoek werd
door dijkgraaf, hoogheemraden en hoofdingelanden van US
afgewezen in hun vergadering van 16 mei 1894 met 15 tegen
twee stemmen. Dit alles deed geen afbreuk aan de feestelijk
viering van het 350-jarig bestaan van US. Op 19 juli 1894
kwam het bestuur daarvoor in speciale vergadering bijeen.
Na een officieel gedeelte volgde een buffet van maar liefst 16
gangen waarbij lekkernijen als schildpadsoep, ossenhaas met
ragout, getruffeerde lamskarbonaadjes, piepkuikens met rijst,
warme pudding met ananassaus, kreeften met remouladesaus en
geslagen roomvla werden geserveerd.
iÉHÈliMUfl
36
Tijdens hoog water op de Schermerboezem brak op 27 september 1889 de dijk
van de Mijlenpolder tussen Schermerhorn en Ursem. Het gat werd snel
gedicht, maar twee dagen later begaf de dijk het opnieuw waarna de hele
polder onder water kwam te staan. Hoogheemraadschap Hollands
Noorderkwartier, Purmerend.
Plattegrond, dwarsdoorsnede en zijaanzicht van een bij Nauerna te bouwen schepradstoomgemaal voor de bemaling van de Schermerboezem uit het plan van
architect Rups van 1897. Regionaal Archief Alkmaar.
5TDQMBEMALINC 5EHERMERBGEZEM.